geesteshouding
Uiterlijk
- gees·tes·hou·ding
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | geesteshouding | geesteshoudingen |
verkleinwoord |
- geestelijke, emotionele houding ten opzichte van bepaalde zaken
- ▸ Oppervlakkig gezien lijkt dit een positieve geesteshouding, een wens om aan de frontlinie te staan, maar in essentie is het slechts een andere vorm van defaitisme.[3]
- ▸ Gedeeltelijk in navolging van oud-NIOD-directeur Hans Blom doet geschiedschrijver Henri Baudet van de Hogeschool in zijn gedenkboek van de Technische Hogeschool/Universiteit een voorzichtige poging tot verklaring van deze paradox door te wijzen op 'een geesteshouding, een levensbeschouwing, die men typisch technisch-pragmatisch zou mogen noemen.[4]
- Het woord geesteshouding staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ geesteshouding op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Liu Cixin“Het donkere woud” (2008), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044645828
- ↑ Hans Schippers“Technici en de totalitaire verleiding” (2023), Walburgpers, ISBN 9789462499584