NL9201074A - WASTE BIN. - Google Patents

WASTE BIN. Download PDF

Info

Publication number
NL9201074A
NL9201074A NL9201074A NL9201074A NL9201074A NL 9201074 A NL9201074 A NL 9201074A NL 9201074 A NL9201074 A NL 9201074A NL 9201074 A NL9201074 A NL 9201074A NL 9201074 A NL9201074 A NL 9201074A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
lid
waste bin
bucket
waste
bin according
Prior art date
Application number
NL9201074A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Jan Haefner
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Jan Haefner filed Critical Jan Haefner
Publication of NL9201074A publication Critical patent/NL9201074A/en

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65FGATHERING OR REMOVAL OF DOMESTIC OR LIKE REFUSE
    • B65F1/00Refuse receptacles; Accessories therefor
    • B65F1/14Other constructional features; Accessories
    • B65F1/16Lids or covers
    • B65F1/1646Lids or covers provided with means for mounting on receptacles, e.g. hinges
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65FGATHERING OR REMOVAL OF DOMESTIC OR LIKE REFUSE
    • B65F1/00Refuse receptacles; Accessories therefor
    • B65F1/12Refuse receptacles; Accessories therefor with devices facilitating emptying
    • B65F1/122Features allowing the receptacle to be lifted and subsequently tipped by associated means on a vehicle
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65FGATHERING OR REMOVAL OF DOMESTIC OR LIKE REFUSE
    • B65F1/00Refuse receptacles; Accessories therefor
    • B65F1/14Other constructional features; Accessories
    • B65F1/16Lids or covers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65FGATHERING OR REMOVAL OF DOMESTIC OR LIKE REFUSE
    • B65F1/00Refuse receptacles; Accessories therefor
    • B65F1/0033Refuse receptacles; Accessories therefor specially adapted for segregated refuse collecting, e.g. receptacles with several compartments; Combination of receptacles
    • B65F2001/0086Means for holding receptacles together

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Refuse Receptacles (AREA)

Description

AfvalemmerWaste bin

De uitvinding betreft een afvalemmer met een emmerromp, een deksel, die door tenminste één aan de bovenrand van de emmerromp vastgemaakt dekselscharnier zwenkbaar gelagerd is en met een om een parallel en op afstand van de draaiingsas van de deksel verlopende as zwenkbare draagbeugel.The invention relates to a waste bin with a bucket hull, a lid, which is pivotally supported by at least one lid hinge attached to the top edge of the bucket hull and with a carrying handle pivotable about a parallel and remote from the axis of rotation of the lid.

Bij de afvalemmers in kwestie ligt het volume in tegenstelling tot de afvallaadkisten onder de 80 liter. Deze afvalemmers moeten met de hand gedragen worden, aangezien zij niet met een onderstel uitgerust zijn. Dit soort afvalemmers winnen aan betekenis, daar op grond van de herverwerking of de compostering van afval het noodzakelijk is, dat het in de huishouding ontstane afval gesorteerd wordt. Ieder huishouden moet derhalve over twee of meer afvalemmers beschikken.The volume of the waste buckets in question is less than 80 liters, in contrast to the waste containers. These waste bins must be carried by hand as they are not equipped with a base. Waste bins of this kind are gaining in importance, because on account of the reprocessing or composting of waste it is necessary that the waste generated in the household is sorted. Every household should therefore have two or more waste bins.

Bij de tot nu toe bekende afvalemmers is de emmerromp in dwarsdoorsnede cirkelvormig gehouden, zodat ook het deksel als een soort cirkelronde schijf uitgevoerd is. Aan de bovenrand van de emmerromp is een draagbeugel verplaatst ten opzichte van het verticale middenvlak gelagerd, die parallel en op afstand van de draaiingsas van het deksel staat. Afhankelijk van de uitvoering van de afvalemmer kan deze draagbeugel het deksel vergrendelen, wanneer hij in de juiste stand gedraaid wordt. In de andere stand ligt hij tegen de emmerromp aan, zodat de deksel geopend kan worden. Wanneer deze draagbeugel uitsluitend een sluitfunctie moet hebben, kan bij een eerste uitvoering buiten op het deksel een vooruitstekende dekselgreep gevormd zijn. Bij een tweede uitvoering kunnen ook twee handgrepen buiten op de emmerromp geplaatst zijn.In the hitherto known waste buckets, the bucket hull is kept circular in cross-section, so that the lid is also designed as a kind of circular disk. At the top edge of the bucket hull, a carrying handle is mounted offset from the vertical center plane, which is parallel and spaced from the axis of rotation of the lid. Depending on the design of the waste bin, this carrying handle can lock the lid when it is turned into the correct position. In the other position it rests against the bucket hull so that the lid can be opened. If this carrying handle must only have a closing function, a protruding lid handle can be formed on the outside of the lid in the first embodiment. In a second version, two handles can also be placed outside on the bucket hull.

Om de afvalbak door middel van een stortinrichting van een afvalverzamelvoertuig te ledigen, zijn bij alle uitvoeringen twee scharnierachtige inhangdelen aan de emmerromp voorzien, die aan de tegenover de draaiingsas van de deksel liggende zijde in het bovengebied en buiten aan de emmerromp geplaatst zijn. Ieder inhangdeel bestaat uit een horizontale pen, die tussen twee vooruitstekende ribben geplaatst is. De beide inhangdelen staan op gelijke afstand van het verticale middenvlak van de afvalemmer, die loodrecht op de draaiingsas van het deksel staat.In order to empty the waste bin by means of a dumping device of a refuse collection vehicle, in all embodiments two hinge-like suspension parts are provided on the bucket body, which are placed on the side opposite the axis of rotation of the lid in the upper area and outside on the bucket body. Each suspension part consists of a horizontal pin, which is placed between two protruding ribs. Both suspension parts are equidistant from the vertical center plane of the waste bin, which is perpendicular to the axis of rotation of the lid.

Het ledigen van deze afvalemmer is echter uiterst problematisch. De stortinrichting moet derhalve met toegevoegde delen zoals bijvoorbeeld haken voorzien zijn. Veroorzaakt door de kleine toleranties ontstaat een omslachtig inhangen van de afvalemmer en dit vraagt van de vuilnisman een bijzondere opmerkzaamheid. Er zijn woongebieden, waarin een met stortinrichtingen uitgerust afvalverzamelvoertuig op grond van de nauwe verhoudingen niet kan rijden. In die gebieden geschiedt de verzorging met kleinere, open voertuigen. Het ledigen van de afvalemmers gebeurt dan met de hand.However, emptying this waste bucket is extremely problematic. The dumping device must therefore be provided with added parts, such as hooks. Caused by the small tolerances, a cumbersome hanging of the waste bucket arises and this requires a special attention from the garbage collector. There are residential areas in which a refuse collection vehicle equipped with landfill devices cannot drive due to the narrow proportions. In those areas, care is provided by smaller, open vehicles. The waste bins are then emptied by hand.

Aan de uitvinding ligt de opgave ten grondslag, een afvalemmer van een in het begin genoemde soort zo gestalte te geven, dat de lediging met een voor afvallaadkisten uitgevoerde systeemstort-inrichting mogelijk is, die met een als kamlijst uitgevoerde grijpbalk voorzien is. Daarbij moet de afvalemmer zowel door de gebruiker als ook door de vuilnisman eenvoudig te gebruiken zijn. Daarenboven moeten twee of meer afvalemmers met het geringste ruimtebeslag opgesteld kunnen worden.The object of the invention is to design a waste bin of the type mentioned at the outset in such a way that it is possible to empty it with a system dump device designed for waste loading crates, which is provided with a grab bar designed as a comb bar. In addition, the waste bin must be easy to use by both the user and the garbage collector. In addition, two or more bins with the least space requirement must be able to be set up.

De gestelde opgave wordt opgelost, doordat tenminste de naar de deksel toegekeerde bovenrand van de emmerromp in dwarsdoorsnede vierhoekig of bij benadering vierhoekig is uitgevoerd, dat aan de tegenover het dekselscharnier liggende voorwand van de emmerromp aan de bovenrand een naar beneden open ophanglijst gevormd is, waarin een grijpbalk van een systeemvuilstortinrichting van een afvalverzamelvoertuig in te brengen is, en dat tenminste aan één van de dwars op de ophanglijst staande zijwanden tenminste één rustmiddel ter arrete-ring van de draagbeugel in de opgerichte stand voorzien is.The stated problem is solved in that at least the top edge of the bucket hull facing the lid, which is quadrilateral or approximately quadrangular in cross-section, is formed on the front edge of the bucket hull opposite the lid hinge, at the top edge of which there is a hanging open frame, in which a grab bar of a system refuse dump device of a refuse collection vehicle can be introduced, and that at least one resting means for locking the carrying handle in the upright position is provided on at least one of the side walls which is transverse to the suspension frame.

Er kunnen eveneens verdere rustmiddelen ter arretering van de draagbeugel in horizontale of bij benadering horizontale stand voorzien zijn. De verticale of bij benadering verticale evenals de horizontale of bij benadering horizontale stand van de draagbeugel heeft betrekking op de normale stand van de afvalemmer, wanneer deze op een horizontale bodem geplaatst is. Bij de voorgestelde vormgeving van de'emmerromp kan deze met een ophanglijst uitgerust worden, die het mogelijk maakt, dat de vuilnisman ter lediging van de afvalemmer deze op de grijpbalk of de kamlijst van een systeemstortinrichting respectievelijk hefkiepinrichting plaatst. Op deze grijpbalk of kamlijst klemt zich de te ledigen afvalemmer vast of hij wordt aanvullend gezekerd. Daardoor is de hantering voor de vuilnisman wezenlijk eenvoudiger. Voor zover de emmerromp over zijn gehele hoogte in dwarsdoorsnede vierhoekig of bij benadering vierhoekig is uitgevoerd, levert dit ten opzichte van de tot nu toe bekende afvalemmers met ronde doorsnede nog voordelen op, wanneer twee of meer afvalemmers in de kleinst mogelijke ruimte ondergebracht moeten worden. Door de in de opgerichte draagstand blokkeerbare draagbeugel kan de gebruiker van de afvalemmer deze bijzonder gemakkelijk naar de standplaats dragen, van waaruit de lediging volgt. Ook de vuilnisman kan hen bijzonder goed dragen. Een voordeel ligt daarin, dat voor de vuilnisman door de rustmiddelen de draagbeugel in de opgerichte stand staat, zodat het omslachtige draaien vervalt. Aangezien de draagbeugel in de opgerichte stand loodrecht, bij benadering loodrecht of ten opzichte van de verticaal een kleine spitse hoek insluit, wordt de draagbeugel bij het ledigen met een enkele hefkiepinrichting door het zogenaamde masker automatisch in de uitgangsstand teruggedraaid. In een doelmatiger uitvoering is voorzien, dat tegen een zijwand of beide zijwanden van de emmerromp rustmiddelen geplaatst zijn, dat de rustmiddelen telkens op een bijvoorbeeld loodrecht op de zijwand staande aanslagrib en een bijvoorbeeld tegen de zijwand lopende en parallel en op afstand van de aanslagrib staande veerkam gevormd zijn, waarbij de veerkamnen naar de draaiingsas van het deksel toegekeerd liggen. Bij het oprichten van de draagbeugel wordt de veerkam zo vervormd, dat de draagbeugel daaroverheen weggezwenkt kan worden. De aanslagribbe verhindert, dat de draagbeugel over de opgerichte stand heengezwenkt wordt. De rustmiddelen die de draagbeugel in de verschillende standen houden kunnen ook door vooruitstekende rustnokken gevormd worden.Further rest means for locking the carrying handle in horizontal or approximately horizontal position may also be provided. The vertical or approximately vertical as well as the horizontal or approximately horizontal position of the carrying handle refers to the normal position of the waste bin when it is placed on a horizontal bottom. In the proposed design of the bucket hull, it can be equipped with a suspension frame, which allows the garbage collector to empty the waste bucket on the grab beam or the comb frame of a system dumping device or lifting tipper. The waste bin to be emptied clings to this grab bar or comb frame or is additionally secured. This makes handling for the garbage collector considerably easier. Insofar as the bucket hull has a rectangular cross-section or approximately quadrangular cross-section over its entire height, this still offers advantages over the previously known round-section waste bins if two or more waste bins are to be accommodated in the smallest possible space. The carrying handle, which can be locked in the erected carrying position, makes it very easy for the user of the waste bin to carry it to the location from which it empties. The garbage collector can also carry them very well. An advantage lies in that for the garbage collector the carrying handle is in the upright position by the resting means, so that the cumbersome turning is eliminated. Since the carrying handle in the erected position is perpendicular, approximately perpendicular or relative to the vertical, it encloses a small pointed angle, the carrying handle is automatically turned back to the initial position by the so-called mask when emptying with a single lifting tipper. In a more efficient embodiment it is provided that resting means are placed against a side wall or both side walls of the bucket hull, that the resting means are in each case on a stop rib, which is for instance perpendicular to the side wall, and a stop running parallel to the side wall and which is parallel and at a distance from the stop rib. spring comb, the spring combs being turned towards the axis of rotation of the lid. When the carrying handle is erected, the spring comb is deformed so that the carrying handle can be swung away over it. The stop rib prevents the carrying handle from being swung over the upright position. The resting means which hold the carrying handle in the different positions can also be formed by protruding resting cams.

In een voordelige uitvoering van de uitvinding is voorzien, dat de bovenrand van de emmerromp U-vormig uitgevoerd is, en dat de ene van de parallelle benen naar buiten staat, en dat aan dit buitenbeen de rustmiddelen zijn aangevormd. De tegenover het buitenbeen liggende been is doelmatigerwijs het bovengebied van de afvalem-merromp. Daarbij isr doelmatigerwijs de U-vormige rand naar beneden open. Door deze uitvoering wordt bereikt, dat bij het draaien van de draagbeugel door de elasticiteit van de U-vormige rand de te over springen rustmiddelen kunnen uitwijken. Daarnaast kan de rand zo uitgevoerd worden, dat hij in totaal zo star is, dat de draagbeugel overeenkomstig vervormt. Een verdere uitvoering laat toe, dat zowel de U-vormige rand alsook de draagbeugel vervormt.In an advantageous embodiment of the invention, it is provided that the top edge of the bucket body is U-shaped, and that one of the parallel legs faces outwards, and that the resting leg is formed on this outer leg. The leg opposite the outer leg is effectively the upper region of the waste bin body. The U-shaped edge is advantageously open downwards. This embodiment ensures that when the carrying handle is rotated the resting means to be jumped can escape due to the elasticity of the U-shaped edge. In addition, the edge can be designed in such a way that it is so rigid in total that the carrying handle deforms accordingly. A further embodiment allows both the U-shaped edge and the carrying handle to deform.

Opdat de afvalemmer in een voor de lediging gunstige positie te dragen is, is voorzien, dat de draaiingsas van de draagbeugel parallel en op afstand van de draaiingsas van het deksel loopt, en dat de draaiingsas van de draagbeugel een klein beetje vanaf het verticale middenvlak van de emmerromp in de richting van de draaiingsas van het deksel is verplaatst. Daardoor staat het verticale middenvlak van de emmerromp over een kleine hoek schuin ten opzichte van de verticaal bij het dragen van de afvalemmer. De ingesloten hoek zal bijvoorbeeld ongeveer 5° kunnen bedragen. Daardoor wordt een gunstige uitgangspositie voor het met de hand opzetten van de afvalemmer op de kamlijst van de systeemstortinrichting bereikt. Op voordelige wijze ligt de draaiingsas van de draagbeugel tussen de aanslagribben en de veerkammen. Daardoor wordt bovendien een gunstige lagering van de draagbeugel bereikt. In zoverre de bovenrand van de emmerrand U-vormig uitgevoerd is, is ook de draagbeugel in de buitenste kammen gelagerd. Het dragen van de afvalemmer wordt vergemakkelijkt, wanneer de draagbeugel in het middengebied met de hand gepakt wordt. Daartoe is voorzien, dat de draagbeugel U-vormig uitgevoerd is, en dat de tussen de parallelle benen liggende middenstang in het middengebied een naar buiten uitstekende greepvorm omvat.In order that the waste bin can be carried in a favorable position for emptying, it is provided that the axis of rotation of the carrying bracket runs parallel and at a distance from the axis of rotation of the lid, and that the axis of rotation of the carrying bracket is slightly away from the vertical center plane of the bucket hull has moved in the direction of the rotation axis of the lid. As a result, the vertical center plane of the bucket hull is inclined at a slight angle to the vertical when carrying the waste bucket. The included angle may, for example, be about 5 °. As a result, a favorable starting position for manually placing the waste bin on the comb frame of the system dumping device is achieved. The axis of rotation of the carrying handle advantageously lies between the stop ribs and the spring combs. Moreover, a favorable bearing of the carrying handle is hereby achieved. Insofar as the top edge of the bucket edge is U-shaped, the carrying handle is also mounted in the outer combs. Carrying the waste bin is facilitated when the carrying handle in the middle area is grabbed by hand. To this end, it is provided that the carrying handle is U-shaped, and that the central bar lying between the parallel legs has an outwardly projecting handle shape in the middle region.

Opdat tot het ledigen van de afvalemmer zowel door rechts-als ook door linkshandigen op ergonomische wijze gegrepen kan worden, is voorzien, dat de deksel in wezen als in dwarsdoorsnede U-vormig vlakdeel uitgevoerd is en op de tegenover de dekselscharnieren liggende zijde een instulping en een greep heeft, en dat de emmerromp aan de naar de dekselscharnieren gekeerde achterwand een handgreep of een greepkom heeft, die in het gebied van de bodem ligt. Bij het ledigen kan men dan met éên hand de greep van het deksel pakken, daaraan de afvalemmer optillen en met de andere hand in de greepkom ingrijpen of de aan de achterwand aangezette handgreep pakken. Bovendien dwingt de greep van het deksel dan gelijktijdig tot het openen en sluiten van het deksel. Aangezien deze een vlak deel is, is het buitenvlak vrij van verspringingen, zodat ook door de deksel gesloten afvalemmers op elkaar stapelbaar zijn. Doelmatigerwijze zijn de bovenwanddelen van het deksel in de richting van de greep respectievelijk de instulping hellend, zodat regenwater door de instulping heen kan afvloeien. De draaggreep en de deksel zijn zo uitgevoerd, dat de greepvorm van de draagbeugel in de greep van de deksel ingrijpt, wanneer de draagbeugel in de richting van de bodem teruggedraaid wordt en de deksel in loodrechte of bij benadering loodrechte stand parallel met de achterwand van de afvalemmer hangt. Daartoe is in een verdere uitvoering van de uitvinding een overeenkomstige afstand van de deksel scharnieren of het dekselscharnier naar de achterwand van de afvalemmerromp voorzien.In order for the waste bin to be emptied ergonomically by both right and left-handers, it is envisaged that the lid is essentially designed as a cross-section U-shaped section and a recess on the side opposite the lid hinges. has a handle, and that the bucket hull on the rear wall facing the lid hinges has a handle or a handle cup located in the region of the bottom. When emptying, one can take the handle of the lid with one hand, lift the waste bin and then reach into the handle bowl with the other hand or grab the handle attached to the back wall. In addition, the handle of the lid simultaneously forces the lid to open and close. Since this is a flat part, the outer surface is free from staggerings, so that waste bins closed by the lid can also be stacked on top of each other. The top wall parts of the lid are expediently inclined in the direction of the handle or the bulge, so that rainwater can drain through the bulge. The carrying handle and the cover are designed in such a way that the handle shape of the carrying handle engages with the handle of the cover when the carrying handle is turned back towards the bottom and the cover is in a perpendicular or approximately perpendicular position parallel to the rear wall of the waste bin. To this end, in a further embodiment of the invention, a corresponding distance from the lid hinges or the lid hinge to the rear wall of the waste bin hull is provided.

Aangezien in één huishouding twee of meer van zulke afvalemmers plaatsbesparend ondergebracht moeten worden, is voorzien, dat de deksel door op afstand van elkaar geplaatste dekselscharnieren aan de bovenrand van de achterwand van het vat draaibaar gelagerd is, en dat de dekselscharnieren op een zodanige manier asymmetrisch ten opzichte van het verticale middenvlak van de emmerromp staan, dat de scharnierassen van twee met hun achterwanden naar elkaar toe geplaatste afvalemmers samenvallen of op een afstand van elkaar lopen. Daardoor vindt een ineenschuiving plaats, waardoor de afstand tussen de beide achterwanden zeer klein wordt, aangezien de dekselscharnieren bij in één lijn gebrachte zijwanden van de afvalemmer niet tegen elkaar stoten. De deksels laten zich dan desalniettemin zo ver openen,-dat het afval respectievelijk de waardevolle stoffen erin gebracht kunnen worden. Opdat de standen van de beide afvalemmers dan gestabiliseerd worden, is in de ontwikkeling van een uit twee afvalemmers bestaande eenheid voorzien, waarbij aan de achterwand van iedere afvalemmer vergrendelingselementen op die manier geplaatst zijn, dat de vergrendelingselementen van twee van hun achterwanden op afstand van elkaar tegen elkaar geplaatste afvalemmers in elkaar grijpen. Dit soort vergrendelingselementen kunnen bijvoorbeeld overeenkomstig gevormde kommen of pennen zijn, die in elkaar grijpen.Since two or more such waste bins must be accommodated in a space-saving manner in one household, provision is made for the lid to be rotatably mounted on the top edge of the rear wall of the vessel by means of spaced-apart lid hinges, and for the lid hinges to be asymmetrical in such a way with respect to the vertical center plane of the bucket hull, the hinge axes of two waste buckets placed with their rear walls facing each other coincide or run at a distance from each other. As a result, a collapse takes place, whereby the distance between the two rear walls becomes very small, since the lid hinges do not bump against each other when the side walls of the waste bin are aligned. The lids can nevertheless be opened so far that the waste or the valuable substances can be introduced therein. In order to stabilize the positions of the two waste buckets, a two-bin unit has been developed, in which locking elements are placed on the rear wall of each waste bucket in such a way that the locking elements of two of their rear walls are spaced apart interlock waste bins placed against each other. This type of locking elements can be, for example, correspondingly shaped cups or pins which interlock.

Volgens een geprefereerde uitvoering is voorzien, dat de emmerromp over de gehele hoogte vierhoekig of bij benadering vierhoekig gevormd is. Er zijn echter uitvoeringen denkbaar, waarbij enkel de bovenrand van de emmerromp vierhoekig of bij benadering vierhoekig gevormd is, terwijl de emmerromp in het bodemgebied cirkelvormig of veelhoekig gevormd is.According to a preferred embodiment, it is envisaged that the bucket hull has a quadrangular or approximately quadrangular shape over its entire height. However, embodiments are conceivable in which only the top edge of the bucket hull is quadrangular or approximately quadrangular, while the bucket hull is circular or polygonal in the bottom region.

Verdere eigenschappen van een voordelige uitvoering van de onderhavige uitvinding zijn onderwerp van verdere volgconclusies en volgen uit de navolgende beschrijving van een geprefereerd uitvoe-ringsvoorbeeld. Er wordt getoond in: fig. 1 een afvalemmer volgens de uitvinding in zijaanzicht, ten dele doorgesneden, fig. 2 een doorsnede langs de lijn II-II in fig. 1, fig. 3 een bovenaanzicht van twee met hun achterwanden op afstand tegen elkaar geplaatste afvalemmers volgens de figuren 1 en 2, fig. 4 een deel-bovenaanzicht op een verder uitvoeringsvoorbeeld van een afvalemmer, en fig. 5 een deelaanzicht van een zijwand van een verder uitvoeringsvoorbeeld van een afvalemmer.Further features of an advantageous embodiment of the present invention are the subject of further subclaims and follow from the following description of a preferred embodiment. Fig. 1 shows a waste bin according to the invention in side view, partly cut through, fig. 2 a section along the line II-II in fig. 1, fig. 3 a top view of two with their rear walls spaced apart placed waste bins according to figures 1 and 2, fig. 4 is a partial top view of a further exemplary embodiment of a waste bucket, and fig. 5 is a partial view of a side wall of a further exemplary embodiment of a waste bucket.

De in de figuren getekende afvalemmer 10 bestaat uit een emmerromp 11 en een deksel 12 die de bovenopening van de emmerromp 11 afsluit, waarbij de deksel 12 ter vrijmaking van de vulopening in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld aan twee dekselscharnieren 13 draaibaar gelagerd is. De emmerromp 11 is in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld in dwarsdoorsnede vierhoekig met afgeronde hoeken uitgevoerd. De dwarsdoorsnede wordt naar de boven-vulopening toe een klein beetje groter, veroorzaakt door de konisiteit van de emmerromp 11. De emmerromp 11 en de deksel 12 zijn uit kunststof vervaardigd. De.; dekselscharnieren zijn aan de achterwand 14 aan het naar de deksel 12 toegekeerde bovengebied bevestigd. Aan de tegenoverliggende voorwand 15 is de emmerromp 11 met een niet nader toegelichte ophanglijst 16 voorzien, die eveneens aan de bovenrand geplaatst is en naar beneden open is, zodat een niet nadere verklaarde en niet weergegeven grijp-balk of kamlijst van de systeemstorting van een afvalvoertuig ter lediging van de afvalemmer 10 daarin gestoken kan worden. De ophanglijst 16 strekt zich over de gehele breedte van de voorwand 15 uit. Zoals fig. 2 toont, is de bovenrand van de beide zijwanden 17, 18 van de emmerromp 11 U-vormig uitgevoerd, waarbij de ene van de parallelle benen 31, 32 naar buiten staat, zodat ook de buitenrand naar beneden open is. Daartoe is de voorkam van de ophanglijst 16 tot in de zijwanden 17, 18 omgebogen en wel in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld voorbij het midden van de zijwanden 17, 18 omgebogen. In de buitenkammen 31, 32 van de U-vormige bovenrand van de emmerromp is een U-vormig gevormde, uit een stuk rond staal of uit een aluminium staaf vervaardigde draagbeugel 19 draaibaar gelagerd. Daartoe zijn de vrije einden van de parallelle benen van de draagbeugel zo gebogen, dat ze naar elkaar toe gericht zijn. De gebogen einden grijpen dan in een boring in. Zoals vooral fig. 1 toont, ligt de draaiingsas 20 van de draagbeugel 19 tussen een aanslagribbe 21 en bijvoorbeeld een veerkam 22 of volgens een uitvoeringsvoorbeeld in fig. 5 tussen veernokken 33, die rustmiddelen voor de draagbeugel 19 in de opgerichte, in de figuren 1 en 5 weergegeven standen vormen. De aanslagribbe 21 ligt van de door de dekselscharnieren 13 gevormde draaiingsas 23 van het deksel 12 afgekeerd. De veerkam 22 of de veernokken liggen aan de naar de draaiingsas 23 toegekeerde zijde. De afstand van de aanslagribbe 21 tot aan de veerkam 22 of tot aan de veernok 33 is een klein beetje groter dan de doorsnede van de draagbeugel 19. Bovendien ligt de aanslagribbe 21 een klein beetje in de richting van de draaiingsas 23 van de dekselscharnieren 13 verplaatst, die betrokken op het ten opzichte van de draaiingsassen 20 en 23 parallelle, verticale midden-langsvlak van de afvalemmerromp 11. Zoals fig. 2 toont, is aan iedere zijwand 17, 18 van de emmerromp 11 een aanslagribbe 21 en een veerkam 22 of in plaats van de veerkam een veernok 33 voorzien. De aanslagrib-ben 21 en de veerkammen 22 respectievelijk de veernokken 33 staan loodrecht op de respectievelijke zijwand 17 respectievelijk 18,; waarbij de vrije verticale kant van de veerkammen 22 of de veernokken 33 ten opzichte van de vrije verticale kant van de aanslagribbe 21 in de richting van de respectievelijke zijwand verspringt. De draagbeugel 19 is zo gevormd, dat de hoogte, dat wil zeggen de afstand van de omgebogen vrije einde tot de parallel lopende middenstang zo groot is, dat bij het draaien met de klok mee de draagbeugel 19 over de dekselscharnieren 13 heengedraaid kan worden, zodat de middenstang tegen de achterwand 14 van de emmerromp 11 aanligt. Deze stand is in fig. 1 met streep-puntlijnen aangeduid en met 19' weergegeven. Een andere middenstand is met 19'' gekenmerkt. Opdat de draagbeugel 19 door de dragende persoon in het midden gegrepen kan worden, is de middenstang met een vanaf de vatromp 11 weglopende greepvorm 19a voorzien, die zo breed is, dat er met de hand doorheen gegrepen kan worden. fDe deksel 12 is in zijn grondcontour in dwarsdoorsnede U-vormig uitgevoerd. Zoals fig.The waste bin 10 shown in the figures consists of a bucket hull 11 and a lid 12 which closes off the top opening of the bucket hull 11, the lid 12 being rotatably mounted on two lid hinges 13 in order to free the filling opening in the embodiment shown. In the exemplary embodiment shown, the bucket body 11 is rectangular in cross section with rounded corners. The cross section becomes slightly larger towards the top filling opening, due to the conicity of the bucket hull 11. The bucket hull 11 and the lid 12 are made of plastic. The.; lid hinges are attached to the rear wall 14 to the top region facing the lid 12. On the opposite front wall 15, the bucket hull 11 is provided with an unspecified suspension strip 16, which is also placed at the top edge and is open downwards, so that an unspecified and not shown grab bar or comb frame of the system dump of a waste vehicle can be inserted therein to empty the waste bin 10. The suspension strip 16 extends over the entire width of the front wall 15. As shown in Fig. 2, the top edge of both side walls 17, 18 of the bucket hull 11 is U-shaped, with one of the parallel legs 31, 32 facing outwards, so that the outer edge is also open downwards. For this purpose, the front comb of the suspension strip 16 is bent into the side walls 17, 18, namely in the shown exemplary embodiment bent over the center of the side walls 17, 18. In the outer combs 31, 32 of the U-shaped upper edge of the bucket body, a U-shaped carrying handle 19 made of one piece of round steel or of an aluminum rod is rotatably mounted. To this end, the free ends of the parallel legs of the carrying handle are bent so that they face each other. The curved ends then engage in a bore. As especially Fig. 1 shows, the axis of rotation 20 of the carrying handle 19 lies between a stop rib 21 and for instance a spring comb 22 or according to an exemplary embodiment in Fig. 5 between spring cams 33, which rest means for the carrying handle 19 in the raised position shown in Figs. 1 and 5 represent positions shown. The stop rib 21 lies away from the axis of rotation 23 formed by the lid hinges 13 from the lid 12. The spring comb 22 or the spring cams lie on the side facing the axis of rotation 23. The distance from the stop rib 21 to the spring comb 22 or to the spring cam 33 is slightly greater than the cross section of the carrying handle 19. In addition, the stop rib 21 is moved slightly in the direction of the axis of rotation 23 of the lid hinges 13 relative to the vertical, longitudinal center-longitudinal plane of the waste bin hull 11, which is parallel to the rotary axes 20 and 23. As Fig. 2 shows, on each side wall 17, 18 of the bucket hull 11 there is a stop rib 21 and a spring comb 22 or in instead of the spring comb, provide a spring cam 33. The stop ribs 21 and the spring combs 22 and the spring cams 33 are perpendicular to the respective side walls 17 and 18, respectively. wherein the free vertical side of the spring combs 22 or the spring cams 33 is offset from the free vertical side of the stop rib 21 in the direction of the respective side wall. The carrying handle 19 is designed such that the height, i.e. the distance from the bent free end to the parallel center rod, is so great that the carrying handle 19 can be rotated over the lid hinges 13 when turning clockwise, so that the center bar rests against the rear wall 14 of the bucket hull 11. This position is indicated by dashed-dot lines in Fig. 1 and is indicated by 19 '. Another middle position is marked with 19 ''. In order that the carrying handle 19 can be gripped in the middle by the carrying person, the center bar is provided with a handle shape 19a running away from the barrel hull 11, which is so wide that it can be gripped by hand. fThe cover 12 is U-shaped in its ground contour in cross section. As fig.

1 toont, is in het bijzonder het buitenvlak vrij van vooruitstekende gedeelten. Aan de van de dekselscharnieren 13 af gekeerde zijde is een vanaf de voorkant tot naar het middengebied zich uitstrekkende instul-ping 24 voorzien. Over deze instulping heen strekt zich een greep 25 uit, die parallel aan de draaiingsassen 13 en 20 staat. De greep 25 ligt op een relatief geringe afstand van de voorkant van het deksel 12. De instulping 24 is zo uitgevoerd, dat de greep 25 goed te grijpen is. De deksel 12 kan om de draaiingsas 13 zover gedraaid worden, dat hij in een verticale stand vrij naar beneden hangt en wel in het aan de achterwand 14 grenzende gebied. Daartoe is de deksel 12 behalve met de instulping 24 aan beide zijden met een tegenover het buitenvlak verspringende ribbe 26 voorzien, waarin de zijgebieden van de midden-stang van de draagbeugeel 19 in de hangende stand liggen. De vrijhan-gende stand van het deksel 12 is in fig. 1 door het aanduidteken 12' gekenmerkt, üit fig. 1 blijkt nog, dat de greepvorm 19a van de draag-beugel 19 in de vrijhangende verticale stand van het deksel 12 ingrijpt in de instulping 24. De afstand van de dekselscharnieren 13 tot. de achterwand 14 van de emmerromp 11 is zo groot, dat de deksel een verticale, vrij hangende stand in kan nemen.1, in particular the outer surface is free of protruding parts. On the side facing away from the lid hinges 13, a depression 24 extending from the front to the central region is provided. A grip 25 extends parallel to the rotary axes 13 and 20 over this depression. The handle 25 is situated at a relatively small distance from the front side of the lid 12. The depression 24 is designed in such a way that the handle 25 is easy to grip. The cover 12 can be rotated about the axis of rotation 13 so that it hangs freely downwards in a vertical position, namely in the area adjacent to the rear wall 14. To that end, the cover 12 is provided on both sides with a rib 26 staggered opposite the outer surface, in which the side regions of the central rod of the carrying bracket 19 are in the hanging position, except with the depression 24 on both sides. The free-standing position of the cover 12 is marked in fig. 1 by the designation 12 ', it can be seen from fig. 1 that the handle shape 19a of the carrying handle 19 engages in the free-hanging vertical position of the cover 12 recess 24. The distance of the lid hinges 13 to. the rear wall 14 of the bucket hull 11 is so large that the lid can assume a vertical, free-hanging position.

üit de figuren 1 en 2 valt nog te zien, dat aan de achterwand 14 van de emmerromp 11 een greepkom 27 gevormd is, die bijvoorbeeld door en instulping van de bodem gevormd is, zodat men daarmee van onder af ingrijpen kan en daarbij het daargeplaatste gedeelte van -de achterwand 14 pakt. Fig. 2 toont, dat de greepvorm 19a van de draagbeugel 19, de greep 25 en de greepkom 27 steeds in het middengebied liggen en in één lijn liggen.It can be seen from Figures 1 and 2 that a handle cup 27 is formed on the rear wall 14 of the bucket hull 11, which is formed, for example, by a depression of the bottom, so that it is possible to intervene from below and thereby the part placed there from the rear wall 14. Fig. 2 shows that the handle shape 19a of the carrying handle 19, the handle 25 and the handle cup 27 are always in the middle region and in line.

In figuren 3 is op grond van de vereenvoudigde voorstelling de draagbeugel 19 niet getekend. Deze figuur toont, dat de afvalemmer 10 bijvoorkeur een rechthoekige dwarsdoorsnede met ongelijke zijlengten heeft. De hoekgebieden zijn afgerond. De dekselscharnieren 13 zijn op de achterwand 14 asymmetrisch geplaatst, dat wil zeggen dat de beide afstanden van de loodrecht op de draaiingsas 23 staande verticale middenvlak niet gelijk zijn. Daardoor wordt bereikt, dat de afstand tussen de beide achterwanden 14 van twee in spiegelbeeld tegen elkaar geplaatste afvalemmers 10 de kleinste maat bereiken kan, -aangezien de dekselscharnieren 13 naast elkaar liggen.In fig. 3 zijn de gelijke delen ook van gelijke verwijzingscijfers voorzien. Aan de achterwand 14 van iedere afvalemmer 10 zijn twee wat hun bouw betreft verschillende vergrendelingselementen 28, 29 gevormd, die op een afstand van het verticale middenvlak staan, die loodrecht op de draaiingsas 23 van het deksel 12 ligt. Het vergrendelingselement 28 is bijvoorbeeld van een gat voorzien, terwijl het vergrendelingselement 29 uit een pen bestaat, die in het gat van het vergrendelingselement 28 van de andere afvalemmer 10 ingrijpt. Andere uitvoeringsvormen zijn eveneens mogelijk. Daardoor worden twee tegen elkaar geplaatste afvalemmers gedwongen tot een eenheid gekoppeld, waardoor in het bijzonder de stabiliteit verhoogd wordt. Bij zo’n opstelling laten de deksels 12 zich niet in een vrijhangende verticale stand brengen, zij kunnen echter toch zover geopend worden, dat het afval probleemloos ingebracht kan worden. Aangezien het niet mogelijk is, twee afvalemmers met vrij naar beneden hangende deksels met elkaar te vergrendelen, is iedere afvalemmer behalve bij het vullen door de deksel gesloten, zodat geen stankoverlast optreedt. Aangezien in een huishouding twee of meer afvalemmers 10 voor handen moeten zijn, zijn het deksel 12 en het bodemgebied zo vervormd, dat de afvalemmers 10 ook stapelbaar zijn. In fig. 2 is de bovenste afvalemmer 10 met een streeppuntlijn aangeduid en door het verwijzingscijfer 10’ gekenmerkt. De bodem van de afvalemmer 10 is ingestulpt, zodat rondom randribben gevormd worden, die op de randgebieden van het deksel 12 van de onderste afvalemmer 10 plaatsbaar zijn. Deze randgebieden van het. deksel 12 verspringen in de richting van de emmerromp 11, zodat de bodem op de aangrenzende delen kan steunen. De naar voren springen randgebieden verhinderen bovendien, dat de bovenste afvalemmer eraf kan glijden. Door deze uitvoering wordt een hoge stabiliteit van een stapel bereikt.Due to the simplified representation, the carrying handle 19 is not shown in figures 3. This figure shows that the waste bin 10 preferably has a rectangular cross section with uneven side lengths. The corner areas are rounded. The lid hinges 13 are arranged asymmetrically on the rear wall 14, i.e. the two distances from the vertical central plane perpendicular to the axis of rotation 23 are not equal. This ensures that the distance between the two rear walls 14 of two mirrored waste bins 10 placed against each other can reach the smallest size, since the lid hinges 13 are next to each other. In Fig. 3 the equal parts are also provided with the same reference numbers. Two differently shaped locking elements 28, 29 are formed on the rear wall 14 of each waste bin 10, which are spaced from the vertical center plane, which is perpendicular to the axis of rotation 23 of the lid 12. The locking element 28 is for instance provided with a hole, while the locking element 29 consists of a pin, which engages in the hole of the locking element 28 of the other waste bin 10. Other embodiments are also possible. As a result, two waste buckets placed against each other are forced into one unit, which in particular increases stability. In such an arrangement, the lids 12 cannot be brought into a free-hanging vertical position, but they can still be opened so far that the waste can be introduced without problems. Since it is not possible to lock two waste buckets with lids that hang freely downwards, each waste bucket is closed except when filling through the lid, so that no odor nuisance occurs. Since two or more waste bins 10 must be available in a household, the lid 12 and the bottom area are deformed such that the waste bins 10 are also stackable. In Fig. 2, the top waste bin 10 is indicated by a dashed line and is identified by the reference numeral 10 '. The bottom of the waste bin 10 is recessed so that rim ribs are formed which can be placed on the edge areas of the lid 12 of the bottom waste bin 10. These fringe areas of the. cover 12 staggered toward bucket hull 11 so that the bottom can rest on adjacent parts. The protruding edge areas also prevent the top waste bin from slipping off. This embodiment achieves a high stability of a stack.

Ter lediging van de afvalemmer 10 draagt de gebruiker hen naar de voorgeschreven standplaats. Daartoe wordt de draagbeugel in de in fig. 1 met een dikke lijn weergegeven stand gedraaid. Hij staat dan onder een kleine hoek ten opzichte van de verticaal hellend. Bij het dragen van de afvalemmer 10 kantelt hij zo, dat de afvalemmer 19 loodrecht staat, waardoor de ophanglijst 16 loodrecht gezet wordt. De vuilnisman vindt de afvalemmer 10 in deze stand en draagt hem naar het afvalinzamelvoertuig. Voor zover in deze met een systeemstortinrichting uitgerust is, vergemakkelijkt de scheve stand van de afvalemmer 10 het loodrecht plaatsen op de grijpbalk of op de kamlijst van de stort inrichting. Na het plaatsen van de afvalemmer op de kamlijst moet de vuilnisman de draagbeugel 19 in een horizontale of bij benadering horizontale stand brengen. Voor zover de afvalemmer 10 met de hand geledigd wordt, moet de draagbeugel 19 zo gedraaid worden, dat de middenstang tegen de achterwand 14 aanligt. Eén hand grijpt dan de greep 25 van de deksel 12 en na het opheffen grijpt de andere hand in de greepkom 27. Daardoor wordt een ergonomisch gunstige uitgangssituatie voor het ledigingsproces geschapen.To empty the waste bin 10, the user carries them to the prescribed location. For this purpose the carrying handle is rotated in the position shown in thick line in fig. 1. It is then inclined at a slight angle to the vertical. When carrying the waste bin 10, it tilts such that the waste bin 19 is perpendicular, whereby the suspension frame 16 is placed perpendicular. The garbage collector finds the waste bin 10 in this position and carries it to the waste collection vehicle. Insofar as it is equipped with a system dump device, the inclined position of the waste bucket 10 facilitates placing it perpendicular to the grab beam or to the comb strip of the dump device. After placing the waste bin on the comb strip, the garbage collector must bring the carrying handle 19 into a horizontal or approximately horizontal position. If the waste bin 10 is emptied by hand, the carrying handle 19 must be turned so that the center bar rests against the rear wall 14. One hand then grabs the handle 25 of the lid 12 and after lifting the other hand grabs into the handle bowl 27. This creates an ergonomically favorable starting situation for the emptying process.

Door de arretering van de draagbeugel 19 in een horizontale of bij benadering horizontale stand wordt het de vuilnisman vergemakkelijkt de te ledigen afvalemmers 10 bij de draagbeugel 19 te grijpen met het doel deze vanaf de kamlijst van de systeemstortinrich-ting af te tillen.By locking the carrying handle 19 in a horizontal or approximately horizontal position, the refuse collector is facilitated to grab the waste bins 10 to be emptied by the carrying handle 19 for the purpose of lifting them from the combing frame of the system dump device.

Fig. 4 toont een verdere uitvoeringsvorm van de afvalemmer 10 volgens de uitvinding. De bovenrand van de afvalemmerromp 11 is bij deze uitvoering aan de naar de dekselscharnieren 13 toegekeerde achterzijde een klein beetje smaller dan aan de daar tegenover liggende voorzijde. Daardoor wordt bij het gebruik van een hefkiepinrichting met een masker het aanliggen van de bovenrand van de afvalemmerromp 11 aan het masker verzekerd. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld verspringen de bovenranden van de zijwanden 17, 18 in het gebied van de aanslagribben 21. Het verschil in breedte kan bijvoorbeeld 10 mm. bedragen. Door de geringe breedte aan de scharnierzijde wordt de hantering van de afvalemmer 10 nog wezenlijk verbeterd. Uit fig. 5 blijkt, dat ter arretering van de draagbeugel 19 in plaats van de veerkam ook veernokken 13 ingezet kunnen worden. Daarbij kunnen twee of meer veernokken 33 bijvoorbeeld op een boog, bij voorkeur bijvoorbeeld op een cirkelboog geplaatst zijn, zodat de draagbeugel 19 in verschillende standen gearreteerd kan worden. In het bijzonder is er echter aan gedacht, dat bij een op een horizontale bodem geplaatste afvalemmer de draagbeugel naast de verticale of bij benadering verticale stand ook horizontaal of bij benadering horizontaal staat. In deze laatstgenoemde stand wordt bij een stortproces met een hefkiepinrichting met een masker door dat masker heengedrukt. Hangt de afvalemmer dan op de kamlijst of grijpbalk van de systeemstortinrich-ting, dan staat de draagbeugel bij benadering horizontaal, zodat hij door de vuilnisman bijzonder eenvoudig vanaf de kamlijst respectieve- lijk grijpbalk naar beneden gehaald kan worden.Fig. 4 shows a further embodiment of the waste bin 10 according to the invention. The top edge of the waste bin hull 11 in this embodiment is slightly narrower on the rear facing the lid hinges 13 than on the opposite side. As a result, when the lift-tipping device with a mask is used, the abutment of the top edge of the waste bucket hull 11 on the mask is ensured. In the illustrated exemplary embodiment, the top edges of the side walls 17, 18 are offset in the area of the stop ribs 21. The difference in width may, for example, be 10 mm. amounts. Due to the small width on the hinge side, the handling of the waste bin 10 is still considerably improved. It can be seen from Fig. 5 that spring cams 13 can also be used to lock the carrying handle 19 instead of the spring comb. Two or more spring cams 33 can for instance be placed on an arc, preferably for instance on a circular arc, so that the carrying handle 19 can be locked in different positions. In particular, however, it has been thought that with a waste bucket placed on a horizontal bottom, the carrying handle is horizontal or approximately horizontal in addition to the vertical or approximately vertical position. In this latter position, during a dumping process with a lift-tipping device with a mask, it is pressed through that mask. If the waste bin then hangs on the comb frame or grab bar of the system dumping device, the carrying handle is approximately horizontal, so that it can be brought down by the garbage collector particularly easily from the comb frame or grab bar.

Uit fig. 4 blijkt verder nog een bijzondere constructie van het dekselscharnier 13. Daartoe zijn aan het deksel 12 en aan de emmerromp 11 telkens twee parallelle en op afstand van elkaar geplaatste ribben zo aangevormd, dat één aan de emmerromp 11 en één aan de deksel 12 aangevormde ribbe contact maken. De scharnierpen 30 steekt ten opzichte van de beide buitenste ribben een klein beetje uit. Ieder dekselscharnier 13 is zo gevormd, dat de verbinding op de manier van een klikverbinding te zien is.Fig. 4 further shows a special construction of the lid hinge 13. To this end, two parallel and spaced apart ribs are formed on the lid 12 and on the bucket hull 11, such that one on the bucket hull 11 and one on the lid 12 molded rib contact. The hinge pin 30 protrudes slightly from the two outer ribs. Each lid hinge 13 is shaped so that the connection can be seen in the manner of a snap connection.

Claims (20)

1. Afvalemmer met een emmer romp, een deksel, die door tenminste één aan de bovenrand van de emmerromp vastgemaakt deksel-scharnier zwenkbaar gelagerd is en met een om een parallel en op afstand van de draaiingsas van de deksel verlopende as zwenkbare draagbeugel, met het kenmerk, dat tenminste de naar de deksel (12) toegekeerde bovenrand van de emmerromp (11) in dwarsdoorsnede vierhoekig of bij benadering vierhoekig is uitgevoerd, dat aan de tegenover het dekselscharnier (13) liggende voorwand (15) van de emmerromp (11) aan de bovenrand een naar beneden open ophanglijst (16) gevormd is, waarin een grijpbalk van een systeemvuilstortinrichting van een afvalverzamelvoertuig in te brengen is, en dat tenminste aan één van de dwars op de ophanglijst (16) staande zijwanden (17, 18) tenminste één rustmiddel ter arretering van de draagbeugel (19) in de opgerichte stand voorzien is.1. Waste bin with a bucket hull, a lid, which is pivotally mounted by at least one lid hinge fastened to the top edge of the bucket hull and with a carrying handle pivoting about a parallel and at a distance from the axis of rotation of the lid, with the characterized in that at least the top edge of the bucket hull (11) facing the lid (12) is of quadrilateral or approximately quadrangular cross-section, which is attached to the front wall (15) of the bucket hull (11) opposite the lid hinge (13) the top edge is formed by a downwardly open suspension strip (16), into which a grab bar of a system refuse dumping device of a refuse collection vehicle can be inserted, and that at least one of the side walls (17, 18) standing transversely of the suspension strip (16) Resting device is provided to lock the carrying handle (19) in the upright position. 2. Afvalemmer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat bij de beide zijwanden (17, 18) van de emmerromp (11) rustmiddelen geplaatst zijn, dat de rustmiddelen telkens uit een loodrecht op de buitenkant van de zijwand (17, 18) staande aanslagribbe (21) en een loodrecht op de buitenkant van de zijwand (17 of 18) verlopende zowel parallelle als op afstand van de aanslagribbe (21) staande veerkam (22) of twee of meer veernokken (33) zijn gevormd, waarbij de veerkam (22) of veernok (33) naar de draaiingsas (23) van de deksel (13) gekeerd ligt.Waste bin according to claim 1, characterized in that resting means are arranged at the two side walls (17, 18) of the bucket hull (11), the resting means each standing from a perpendicular to the outside of the side wall (17, 18) stop rib (21) and a spring comb (22) extending perpendicular to the outside of the side wall (17 or 18) both parallel to and spaced from the stop rib (21) or two or more spring cams (33), the spring comb ( 22) or spring cam (33) is facing the axis of rotation (23) of the cover (13). 3. Afvalemmer volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de bovenrand van de emmerromp U-vormig uitgevoerd is, en dat één van de parallelle benen (31, 32) naar buiten staat, en dat aan deze naar buiten geplaatste benen (31, 32) de rustmiddelen (21, 22, 23) zijn aangevormd.Waste bin according to claim 2, characterized in that the top edge of the bucket body is U-shaped, and that one of the parallel legs (31, 32) faces outwards, and that on these outwardly placed legs (31, 32) the resting means (21, 22, 23) are formed. 4. Afvalemmer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de draaiingsas (20) van de draagbeugel (19) parallel en op afstand van de draaiingsas (23) van de deksel (12) loopt, en dat de draaiingsas (20) van de draagbeugel (19) een klein stukje vanaf het verticale middenvlak van de emmerromp (11) in de richting van de draaiingsas (23) van de deksel (12) is verplaatst.Waste bin according to claim 1, characterized in that the axis of rotation (20) of the carrying handle (19) runs parallel and at a distance from the axis of rotation (23) of the lid (12), and that the axis of rotation (20) of the carrying handle (19) has moved slightly away from the vertical center plane of the bucket hull (11) towards the axis of rotation (23) of the lid (12). 5. Afvalemmer volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de draaiingsas (20) van de draagbeugel (19) tussen de aanslagribben (21) en de veerkammen (22) respectievelijk de veernokken (33) ligt.Waste bin according to claim 4, characterized in that the axis of rotation (20) of the carrying handle (19) lies between the stop ribs (21) and the spring combs (22) or the spring cams (33). 6. Afvalemmer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de draagbeugel (19) U-vormig uitgevoerd is, en dat de tussen de parallelle benen liggende middenstang in het middengebied een naar buiten uitstekende greepvorm (19a) omvat.Waste bin according to claim 1, characterized in that the carrying handle (19) is U-shaped, and that the central bar located between the parallel legs has an outwardly projecting handle shape (19a). 7. Afvalemmer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de deksel (12) als een in dwarsdoorsnede U-vormig vlak deel uitgevoerd is en aan de tegenover de dekselscharnieren (13) liggende zijde een greep (25) en een instulping (24) omvat, en dat de emmerromp (11) aan de naar de dekselscharnieren (13) gekeerde achterwand (14) een handgreep of een greepkom (27) omvat, die in het uit de bodem van de emmerromp (11) en de achterwand (12) gevormde hoekgebied ligt.Waste bin according to claim 1, characterized in that the lid (12) is formed as a U-shaped flat section in cross section and on the side opposite the lid hinges (13) a handle (25) and a recess (24) and that the bucket hull (11) on the rear wall (14) facing the lid hinges (13) comprises a handle or a handle cup (27), which is inserted into it from the bottom of the bucket hull (11) and the rear wall (12) formed corner area. 8. Afvalemmer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de bovenwanddelen van het deksel (12) in de richting van greep (25) hellend zijn.Waste bin according to claim 1, characterized in that the top wall parts of the lid (12) are inclined towards the handle (25). 9. Afvalemmer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de deksel (12) door op afstand van elkaar geplaatste dekselscharnieren (13) aan de bovenrand van de achterwand (14) van de emmerromp (11) zwenkbaar gelagerd is, en dat de dekselscharnieren (13) op die manier asymetrisch ten opzichte van het verticale middenvlak van de emmerromp (11) staan, dat de scharnierassen van twee met hun achterwanden spiegelbeeldig tegen elkaar gezette afvalemmers samenvallen of op een geringe afstand tot elkaar staan.Waste bin according to claim 1, characterized in that the lid (12) is pivotably mounted on the top edge of the rear wall (14) of the bucket body (11) by spaced-apart lid hinges (13), and in that the lid hinges (13) in this way asymmetrical with respect to the vertical center plane of the bucket hull (11), that the pivot axes of two waste buckets with their rear walls coincide in mirror image or are a short distance apart. 10. Afvalemmer volgens conclusie 1 of 9, met het kenmerk, dat aan de achterwand (14) van iedere afvalemmer (10) vergrendelings-elementen (28, 29) op een dergelijke manier geplaatst zijn, dat de vergrendelingselementen (28, 29) van twee met hun achterwanden (14) spiegelbeeldig tegen elkaar gezette afvalemmers (10) in elkaar grijpen.Waste bin according to claim 1 or 9, characterized in that locking elements (28, 29) are arranged on the rear wall (14) of each waste bucket (10) in such a way that the locking elements (28, 29) of interlock two waste buckets (10) with their rear walls (14) in mirror image. 11. Afvalemmer volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat een vergrendelingselement (28) een instulping omvat, dat het andere vergrendelingselement een pen (29) omvat, zodat de pen (29) van één afvalemmer (10) in de instulping van het andere vergrendelingselement (28) van een spiegelbeeldig geplaatste afvalemmer (10) ingrijpt.Waste bin according to claim 10, characterized in that a locking element (28) comprises a depression, that the other locking element comprises a pin (29), so that the pin (29) of one waste bucket (10) in the depression of the other locking element (28) of a mirror-image waste bin (10) engages. 12. Afvalemmer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de draagbeugel (19) in de opgerichte stand, betrokken op de normale stand van de afvalemmer, verticaal of bij benadering verticaal staat.Waste bin according to claim 1, characterized in that the carrying handle (19) is vertical or approximately vertical in the erected position relative to the normal position of the waste bin. 13. Afvalemmer volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de afstand van de dekselscharnieren (13) tot aan de achterwand (14) van de afvalemmer (10) zo groot is, dat de deksel (12) bij de achterwand (14) van de afvalemmer (10) in verticale stand vrij hangt en bij voorkeur tegen de achterwand (14) aanligt.Waste bin according to claim 1, characterized in that the distance from the lid hinges (13) to the rear wall (14) of the waste bin (10) is such that the lid (12) at the rear wall (14) is the waste bin (10) hangs freely in a vertical position and preferably rests against the rear wall (14). 14. Afvalemmer volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de breedte van de emmerromp (11) van de afvalemmer (10) aan de naar de dekselscharnieren (13) toegekeerde achterzijde een klein beetje smaller is dan aan de naar de ophanglijst (16) toegekeerde voorzijde.Waste bin according to one or more of the preceding claims, characterized in that the width of the bucket body (11) of the waste bucket (10) is slightly narrower on the rear side facing the lid hinges (13) than on the the suspension frame (16) facing the front. 15. Afvalemmer volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de breedte van de bovenrand van de emmerromp (11) van de afvalemmer (10) vanaf het middengebied en bij voorkeur vanaf de rustmiddelen (21, 22, 33) voor de draagbeugel (19) naar binnen verspringt.Waste bin according to one or more of the preceding claims, characterized in that the width of the top edge of the bucket body (11) of the waste bucket (10) is from the middle area and preferably from the resting means (21, 22, 33). for the carrying handle (19) moves inwards. 16. Afvalemmer volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat twee of meer rustmiddelen voor de draagbeugel op die manier geplaatst zijn, dat deze in minstens twee van elkaar afwijkende hoekstanden te arreteren is.Waste bin according to one or more of the preceding claims, characterized in that two or more resting means for the carrying handle are placed in such a way that it can be locked in at least two angular positions deviating from each other. 17. Afvalemmer volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat een hoekstand van de draagstand door het oprichten van de draagbeugel (19) ontstaat en dat de andere hoekstand de ledigingsstand is, waarin de draagbeugel (19) horizontaal of bij benadering horizontaal staat.Waste bin according to claim 16, characterized in that an angular position of the carrying position is created by erecting the carrying handle (19) and that the other angular position is the emptying position in which the carrying handle (19) is horizontal or approximately horizontal. 18. Afvalemmer volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ieder dekselscharnier (13) als snapverbinding uitgevoerd is, dat voor ieder dekselscharnier (13) aan de deksel (12) en aan de emmerromp (11) van de afvalemmer (10) telkens twee parallel en op afstand van elkaar en loodrecht op de achterwand van de afvalemmerromp (11) staande ribben gevormd zijn, en dat de snapverbinding een met zijn buitenkopvlak tegenover de buitenvlakken van de ribben staande scharnierpen (30) omvat.Waste bin according to one or more of the preceding claims, characterized in that each lid hinge (13) is designed as a snap connection, that for each lid hinge (13) on the lid (12) and on the bucket body (11) of the waste bucket (10) two ribs each parallel to each other and perpendicular to the rear wall of the waste bin hull (11) are formed, and that the snap connection comprises a hinge pin (30) with its outer end face opposite the outer faces of the ribs. 19. Afvalemmer volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de emmerromp (11) van de afvalemmer (10) in het bovengebied vierhoekig en in het bodemgebied cirkelvormig of meerhoekig uitgevoerd is.Waste bin according to one or more of the preceding claims, characterized in that the bucket body (11) of the waste bucket (10) is of quadrilateral in the top area and circular or polygonal in the bottom area. 20. Afvalemmer volgens een of meer van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de veerkammen (22) of de veernokken (33) ter arretering van de draagbeugel (19) op een boog liggen en aan de buitenrand (31, 22) van de U-vormige bovenrand van de afvalemmer-romp (11) zijn aangevormd.Waste bin according to one or more of the preceding claims, characterized in that the spring combs (22) or the spring cams (33) rest on an arch to lock the carrying handle (19) and on the outer edge (31, 22) of the U-shaped top edge of the waste bucket hull (11) is formed.
NL9201074A 1991-06-28 1992-06-18 WASTE BIN. NL9201074A (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE9107969U DE9107969U1 (en) 1991-06-28 1991-06-28 Garbage can
DE9107969 1991-06-28

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9201074A true NL9201074A (en) 1993-01-18

Family

ID=6868758

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9201074A NL9201074A (en) 1991-06-28 1992-06-18 WASTE BIN.

Country Status (2)

Country Link
DE (2) DE9107969U1 (en)
NL (1) NL9201074A (en)

Families Citing this family (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ES2228226B1 (en) * 2001-03-29 2006-05-16 Mbe Sotkon, S.L. HITCH SYSTEM FOR DOUBLE BODY URBAN SOLID WASTE CONTAINERS, EMPLOYEES IN BOTTLE TANKED DEPOSITS.
ES1054475Y (en) 2003-04-04 2003-11-01 Contenur Espana Sl "DOMESTIC GARBAGE BUCKET"
GB0511018D0 (en) * 2005-05-31 2005-07-06 Taylor Egbert H & Company Ltd Waste container
DE102006061777A1 (en) * 2006-12-21 2008-08-21 Volkswagen Ag Container arrangement for vehicle for storage or disposal of solid or liquid small goods, has holding frame locked against container by bow shaped handle
WO2008110810A1 (en) * 2007-03-15 2008-09-18 Kieran Ward A modular storage receptacle

Family Cites Families (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE1660475U (en) * 1953-04-27 1953-07-30 Hermann Klein TRANSPORTABLE EQUIPMENT WITH FOLDING HANDLE.
DE1729585U (en) * 1956-06-25 1956-09-06 Eisenwerk Streuber & Lohmann H HANDLE FOR BARRELS, IN PARTICULAR DISH BARREL
DE2146653C3 (en) * 1971-09-17 1980-03-20 Sulo Eisenwerk Streuber & Lohmann Gmbh & Co Kg, 4900 Herford Device for emptying large-volume garbage cans with essentially a square or rectangular plan
DE3909972A1 (en) * 1988-07-04 1990-01-25 Alexander Schenkel Domestic refuse collection box (or container) for private households, offices, practices, etc.

Also Published As

Publication number Publication date
DE4216991C2 (en) 1995-03-23
DE9107969U1 (en) 1991-08-22
DE4216991A1 (en) 1993-01-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20030213808A1 (en) Hinged lid trash can for curbside refuse pickup
NL1001741C2 (en) Holder with handles and lid.
US5984134A (en) Trash container
CA2624663C (en) Refuse container
NL9200433A (en) NESTING BUILT-IN BUCKET WITH LOCKABLE RODS.
NL9100058A (en) TOOLBOX.
CA1309699C (en) Waste bin lid
US5044644A (en) Mobile container system with common cover for multiple containers
US20030155366A1 (en) Refuse container
US5105967A (en) Waste container lid system
US4186844A (en) Easy opening trash bin lid
WO1991019656A1 (en) Improvements in or relating to refuse containers
NL9201074A (en) WASTE BIN.
GB2360762A (en) Collapsible stacking box
US5125523A (en) Container for storage and transport of beverage cans
US3241750A (en) Refuse container
GB2345053A (en) Container
US5323924A (en) Case for cosmetics, jewelry, and the like
US6276553B1 (en) Trash container with tilting receptacle
US20030146230A1 (en) Refuse container lid
NL1020874C2 (en) Waste container, as well as waste collection system.
BE1004270A5 (en) Toolbox with -bak.
NL1009273C1 (en) Improvement of containers for differentiated collection of waste.
EP1106535A1 (en) A lid for a refuse container
NL9301728A (en) Assembly of a waste container and casing.

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BN A decision not to publish the application has become irrevocable