NL1012568C2 - Optical transmission network with protection configuration. - Google Patents
Optical transmission network with protection configuration. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1012568C2 NL1012568C2 NL1012568A NL1012568A NL1012568C2 NL 1012568 C2 NL1012568 C2 NL 1012568C2 NL 1012568 A NL1012568 A NL 1012568A NL 1012568 A NL1012568 A NL 1012568A NL 1012568 C2 NL1012568 C2 NL 1012568C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- signal
- optical
- wdm
- priority
- protection
- Prior art date
Links
Classifications
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04J—MULTIPLEX COMMUNICATION
- H04J14/00—Optical multiplex systems
- H04J14/02—Wavelength-division multiplex systems
- H04J14/0278—WDM optical network architectures
- H04J14/0283—WDM ring architectures
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04B—TRANSMISSION
- H04B10/00—Transmission systems employing electromagnetic waves other than radio-waves, e.g. infrared, visible or ultraviolet light, or employing corpuscular radiation, e.g. quantum communication
- H04B10/03—Arrangements for fault recovery
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04B—TRANSMISSION
- H04B10/00—Transmission systems employing electromagnetic waves other than radio-waves, e.g. infrared, visible or ultraviolet light, or employing corpuscular radiation, e.g. quantum communication
- H04B10/03—Arrangements for fault recovery
- H04B10/032—Arrangements for fault recovery using working and protection systems
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04B—TRANSMISSION
- H04B10/00—Transmission systems employing electromagnetic waves other than radio-waves, e.g. infrared, visible or ultraviolet light, or employing corpuscular radiation, e.g. quantum communication
- H04B10/27—Arrangements for networking
- H04B10/275—Ring-type networks
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04J—MULTIPLEX COMMUNICATION
- H04J14/00—Optical multiplex systems
- H04J14/02—Wavelength-division multiplex systems
- H04J14/0287—Protection in WDM systems
- H04J14/0289—Optical multiplex section protection
- H04J14/0291—Shared protection at the optical multiplex section (1:1, n:m)
-
- H—ELECTRICITY
- H04—ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
- H04J—MULTIPLEX COMMUNICATION
- H04J14/00—Optical multiplex systems
- H04J14/02—Wavelength-division multiplex systems
- H04J14/0287—Protection in WDM systems
- H04J14/0293—Optical channel protection
- H04J14/0295—Shared protection at the optical channel (1:1, n:m)
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Computer Networks & Wireless Communication (AREA)
- Signal Processing (AREA)
- Physics & Mathematics (AREA)
- Electromagnetism (AREA)
- Computing Systems (AREA)
- Optical Communication System (AREA)
- Small-Scale Networks (AREA)
Description
! - \! - \
Titel: Optisch transmissienetwerk met protectieconfiguratie A. Achtergrond van de uitvindingTitle: Optical transmission network with protection configuration A. Background of the invention
De uitvinding ligt op het gebied van optische transmissienetwerken. Meer in het 5 bijzonder betreft zij een optisch transmissienetwerk met een protectieconfiguratie voor de overdracht van optische signalen met lage en hoge prioriteit volgens de aanhef van conclusie 1.The invention is in the field of optical transmission networks. More specifically, it concerns an optical transmission network with a protection configuration for the transmission of low and high priority optical signals according to the preamble of claim 1.
Een dergelijk optisch transmissienetwerk is bekend uit referentie [1] (zie voor meer bibliografische details hierna onder C.).Such an optical transmission network is known from reference [1] (for more bibliographic details see below under C.).
10 Voor een protectieconfiguratie in optische transmissienetwerken zijn in principe vier schema's bekend, die respectievelijk worden aangeduid met 1+1 protectie, 1:1 protectie, 1 :N protectie en M:N protectie. In deze schema's is er sprake van signaaloverdracht over één (schema's 1+1 en 1:1) of meer (schema's 1 + N en M:N) operationele vezelverbinding(en) ('working fiber(s)') en één (schema’s 1 + 1, 1:1 en 1:N) 15 of meer (schema M:N) protectie-vezelverbinding(en) ('protection fiber(s)'), hierna aangeduid met operationele verbinding en protectieverbinding, respectievelijk. In het 1 + 1 schema vindt de signaaloverdracht gelijktijdig plaats over de operationele verbinding en de protectieverbinding, waarbij de bestemmingszijde een van de twee verbindingen voor ontvangst selecteert. In het 1:1 schema en in zijn algemenere 20 vormen, de schema's 1 :N en M:N, wordt in principe een protectieverbinding pas voor signaaloverdracht in gebruik genomen in geval de signaaloverdracht over een operationele verbinding wordt verstoord, zoals bijvoorbeeld door vezelbreuk. Derhalve is bij deze drie schema's onder normale, i.e. ongestoorde werking de protectieverbinding niet in gebruik. Dergelijke onder normale omstandigheden ongebruikte verbindingen 25 kunnen, zoals bekend (zie referentie [1]), ter verhoging van de totale verkeerscapaciteit worden gebruikt voor verkeer met lage prioriteit, dat echter moet wijken voor protectieverkeer dat bij een gestoorde operationele verbinding via de protectieverbinding wordt geleid, en dat een hoge prioriteit wordt toegekend. Om het protectieverkeer met de hoge prioriteit echter niet of althans zo min mogelijk te verstoren, moet dit wijken zo 30 snel mogelijk geschieden, in optische transmissienetwerken waarin dergelijke protectieschema's worden toegepast, geschiedt de overschakeling naar een protectieverbinding veelal onder besturing van een centraal besturingssysteem, of middels een signaleringsprotocol. Ook het verwijderen van het verkeer met lage *012568 2 prioriteit van een voor protectieverkeer in gebruik te nemen protectieverbinding zou door tussenkomst van een centrale besturing of middels een daartoe uitgebreid signaleringsprotocol kunnen plaats vinden. Dit zou echter veel te traag geschieden. Derhalve bestaat de wens om in een transmissienetwerk van bovengenoemde soort het 5 lage prioriteitsverkeer op een protectieverbinding voor het hoge prioriteitsverkeer te laten wijken zonder tussenkomst van een centrale besturing of zonder toepassing van enig signaleringsprotocol.In principle, four schemes are known for a protection configuration in optical transmission networks, which are respectively designated 1 + 1 protection, 1: 1 protection, 1: N protection and M: N protection. In these schemes, there is signal transmission over one (schemes 1 + 1 and 1: 1) or more (schemes 1 + N and M: N) operational fiber connection (s) ('working fiber (s)') and one (schemes 1 + 1, 1: 1 and 1: N) 15 or more (scheme M: N) protection fiber connection (s) ('protection fiber (s)'), hereinafter referred to as operational connection and protection connection, respectively. In the 1 + 1 scheme, signal transmission takes place simultaneously over the operational connection and the protection connection, the destination side selecting one of the two connections for reception. In the 1: 1 scheme and in its more general forms, the schemes 1: N and M: N, a protection connection is in principle only put into use for signal transmission if the signal transmission over an operational connection is disrupted, such as for instance by fiber breakage. Therefore, in these three schemes, the protection compound is not in use under normal, i.e., undisturbed operation. As is known (see reference [1]), such connections which are normally unused under normal conditions can be used to increase the total traffic capacity for low-priority traffic, which must, however, give way to protection traffic that is routed through the protection connection in the event of a disrupted operational connection. , and that a high priority is given. However, in order not to disrupt or at least disrupt the high-priority protection traffic, this deviation must occur as quickly as possible, in optical transmission networks in which such protection schemes are applied, the switch to a protection connection usually takes place under the control of a central control system, or by means of an identification protocol. The removal of the low-priority * 012568 2 traffic from a protection connection to be put into use for protection traffic could also take place through the intervention of a central control or by means of an extensive signaling protocol. However, this would be far too slow. Accordingly, there is a desire in a transmission network of the above type to allow the low priority traffic on a protection connection to give way to the high priority traffic without the intervention of a central control or without the application of any signaling protocol.
B. Samenvatting van de uitvinding 10 De uitvinding beoogt te voorzien in een optisch transmissienetwerk van bovengenoemde soort, dat tegemoet komt aan de hierboven genoemde wens. Het transmissiesysteem van bovengenoemde soort heeft daartoe volgens de uitvinding het kenmerk van conclusie 1. Daarbij maakt de uitvinding gebruik van het feit dat door middel van optische detectie van de aanwezigheid van protectieverkeer op de 15 protectieverbinding in het optische domein zelf kan worden beslist wanneer het lage prioriteitsverkeer van een desbetreffend deel van de protectieverbinding moet wijken. In het algemeen kunnen voor de detectie detectiemiddelen worden toegepast, die selectief zijn voor een of meer signaalkenmerken waarin de signalen met hoge en lage prioriteit van elkaar verschillen, zoals bijvoorbeeld in golflengte, in transmissierichting, of ook 20 door middel van een voor het hoge prioriteitssignaal specifieke signaalcomponent zoals een 'pilot’-signaal. In voorkeursuitvoeringen heeft de uitvinding daartoe het kenmerk van conclusie 2, conclusie 3, en conclusie 4, respectievelijk.B. SUMMARY OF THE INVENTION The object of the invention is to provide an optical transmission network of the above-mentioned type which meets the above-mentioned wish. According to the invention, the transmission system of the above type has the feature of claim 1. The invention makes use of the fact that by optical detection of the presence of protection traffic on the protection connection in the optical domain itself it can be decided when the low priority traffic of a relevant part of the protection connection must give way. In general, detection means can be used for the detection, which are selective for one or more signal features in which the high and low priority signals differ from each other, such as for instance in wavelength, in transmission direction, or also by means of a high priority signal. specific signal component such as a 'pilot' signal. In preferred embodiments, the invention has the feature of claim 2, claim 3, and claim 4, respectively.
Ringvormige optische netwerken zijn typisch geschikt voor toepassing van protectieconfiguraties volgens een 1:1 schema, of in geval van WDM-ringen 25 ('Wavelength Division Multiplex') volgens een 1 :N schema of een M:N schema. Daarbij kan de protectie plaats vinden op het niveau van een optische multiplex-sectie (OMS) van een dergelijke ring, zoals bijvoorbeeld bekend uit referentie [2], of op het niveau van een optisch kanaal (OCH). De uitvinding beoogt voorts dan ook te voorzien in een ringvormig optisch netwerk waarvan de capaciteit van de signaaloverdracht kan worden 30 verhoogd door toepassing van lage prioriteitsverkeer over in dergelijke ringen aanwezige protectieverbindingen. Een ringvormig optisch netwerk volgens de aanhef van conclusie 13, op zich bekend uit referentie [2], heeft daartoe volgens de uitvinding het kenmerk volgens conclusie 13.Annular optical networks are typically suitable for application of protection configurations according to a 1: 1 scheme, or in the case of WDM rings (Wavelength Division Multiplex) according to a 1: N scheme or an M: N scheme. In addition, the protection can take place at the level of an optical multiplex section (OMS) of such a ring, as known, for example, from reference [2], or at the level of an optical channel (OCH). Another object of the invention is therefore to provide an annular optical network, the capacity of the signal transmission of which can be increased by applying low priority traffic over protection connections present in such rings. According to the invention, an annular optical network according to the preamble of claim 13, known per se from reference [2], has the feature according to claim 13.
101 2568 3101 2568 3
Andere voorkeursuitvoeringen van de uitvinding zijn samengevat in verdere onderconclusies.Other preferred embodiments of the invention are summarized in further subclaims.
De uitvinding maakt het mogelijk om de capaciteit van optische netwerken in het algemeen, en ringvormige optische WDM-netwerken in het bijzonder effectiever te 5 gebruiken. Door toepassing van lage prioriteitsverkeer over protectieverbindingen volgens een 1:1 schema tijdens ongestoorde werking kan de capaciteit van het netwerk zelfs nagenoeg worden verdubbeld. De reactietijd voor het laten wijken van het lage prioriteitsverkeer voor het hoge prioriteitsverkeer wordt in hoofdzaak slechts beperkt door de schakeltijd van optische schakelaars, die bij de huidige stand van de techniek 10 ligt in het bereik van enkele microseconden tot enkele milliseconden. De beslissing voor omschakelen wordt lokaal in het optische domein genomen, vergt derhalve geen centrale besturing of enige andere signalering in het optische netwerk, en kan relatief snel worden uitgevoerd. Knooppunten van een optisch netwerk kunnen in principe identiek worden ingericht voor het toevoegen ('add') of afnemen ('drop') van lage 15 prioriteitsverkeer, niet alleen voor dergelijk verkeer tussen naburige knooppunten, maar ook voor transitverkeer.The invention makes it possible to use the capacity of optical networks in general, and annular WDM optical networks in particular more effectively. By applying low priority traffic over protection connections according to a 1: 1 schedule during undisturbed operation, the capacity of the network can even be almost doubled. The response time for the low priority traffic to deviate from the high priority traffic is mainly limited only by the switching time of optical switches, which in the prior art is in the range of a few microseconds to a few milliseconds. The switch decision is made locally in the optical domain, therefore does not require central control or any other signaling in the optical network, and can be performed relatively quickly. In principle, nodes of an optical network can be arranged identically for adding ('add') or decreasing ('drop') low priority traffic, not only for such traffic between neighboring nodes, but also for transit traffic.
C. Referenties [1] R. Ramswami & K.N. Sivarajan, "Optical Networks: A Practical Perspective", 20 Morgan Kaufmann Publishers, Inc., San Francisco, California, 1998; more particularly Chapter 10 "Control and Management", Section 10.4.1 "Protection Concepts", pp. 430-434; [2] F. Arecco et al., "A transparent, all-optical, metropolitan network experiment in a field environment: The "PROMETEO" self-healing ring", J. Lightwave Technol., 25 Vol.15, No 12, December 1997, pp. 2206-2213.C. References [1] R. Ramswami & K.N. Sivarajan, "Optical Networks: A Practical Perspective", 20 Morgan Kaufmann Publishers, Inc., San Francisco, California, 1998; more particularly Chapter 10 "Control and Management", Section 10.4.1 "Protection Concepts", pp. 430-434; [2] F. Arecco et al., "A transparent, all-optical, metropolitan network experiment in a field environment: The" PROMETEO "self-healing ring", J. Lightwave Technol., 25 Vol.15, No 12, December 1997, pp. 2206-2213.
D. Korte beschrijving van de tekeningD. Brief description of the drawing
De uitvinding zal nader worden toegelicht onder verwijzing naar een tekening welke de volgende figuren omvat: 30 FIG. 1 toont schematisch een eerste uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding; FIG. 2 toont een eerste variant voor een onderdeel van het uitvoeringsvoorbeeld volgens FIG. 1; 1012568 4 FIG. 3 toont een tweede variant voor eenzelfde onderdeel als getoond in FIG. 2; FIG. 4 toont een eerste variant voor een onderdeel van het uitvoeringsvoorbeeld als getoond in FIG. 1 voor toepassing in een WDM-verbinding; FIG. 5 toont een tweede variant voor eenzelfde onderdeel als getoond in FIG. 4; 5 FIG. 6 toont schematisch een ringvormig optisch netwerk waarin de uitvinding wordt toegepast; FIG. 7 toont schematisch een knooppunt van het netwerk volgens FIG. 6; FIG. 8 toont een schema voor golflengte-toewijzing voor WDM-kanalen voor de transmissie van WDM-signalen over het netwerk van FIG. 6; 10 FIG. 9 toont schematisch een onderdeel van het in FIG. 7 getoonde knooppunt.The invention will be further elucidated with reference to a drawing comprising the following figures: FIG. 1 schematically shows a first exemplary embodiment of the invention; FIG. 2 shows a first variant for a part of the exemplary embodiment according to FIG. 1; 1012568 4 FIG. 3 shows a second variant for the same part as shown in FIG. 2; FIG. 4 shows a first variant for a part of the exemplary embodiment as shown in FIG. 1 for use in a WDM connection; FIG. 5 shows a second variant for the same part as shown in FIG. 4; FIG. 6 schematically shows an annular optical network in which the invention is applied; FIG. 7 schematically shows a node of the network according to FIG. 6; FIG. 8 shows a wavelength allocation scheme for WDM channels for the transmission of WDM signals over the network of FIG. 6; FIG. 9 schematically shows a part of the device shown in FIG. 7 node shown.
E. Beschrijving van uitvoeringsvoorbeeldenE. Description of embodiments
De hierna beschreven uitvoeringsvoorbeelden beperken zich slechts om redenen van eenvoud van beschrijving tot een protectieconfiguratie volgens een 1:1 schema.The exemplary embodiments described below are limited to a protection configuration according to a 1: 1 scheme for simplicity of description only.
IS Het principe van de uitvinding is echter zonder meer ook toepasbaar op protectieverbindingen in protectieconfiguraties volgens de algemenere schema's 1 :N en M:N.However, the principle of the invention can readily also be applied to protection connections in protection configurations according to the more general schemes 1: N and M: N.
FIG. 1 toont schematisch een protectieconfiguratie volgens een 1:1 schema, waarin de uitvinding wordt toegepast. De configuratie omvat een punt-puntverbinding 20 tussen een (signaal)bron S en een (signaal)bestemming D, welke deel kan uitmaken van een uitgebreider optisch netwerk, waarbij de bron en de bestemming zich in verschillende knooppunten N1 en N2 van het netwerk bevinden zoals getekend, maar welke ook op zichzelf kan staan. Tussen de bron S in knooppunt N, en de bestemming D in knooppunt Nz bevinden zich twee fysiek gescheiden, optische signaalverbindingen, 25 t.w. een operationele verbinding WF ('working fiber') en een protectieverbinding PF ('protection fiber') welke bijvoorbeeld via netwerkknooppunten Nj en N4 loopt. Deze twee verbindingen zijn geplaatst tussen een eerste protectieschakelaar PS1 in knooppunt N1 aan de bronzijde en een tweede protectieschakelaar PS2 in knooppunt INfe aan de bestemmingszijde. Bij normaal, d.i. ongestoord bedrijf bevinden de 30 protectieschakelaars zich in schakelstanden zodanig dat signaalverkeer tussen de bron S en de bestemming D via de operationele verbinding WF plaats vindt. Bij een T91 2568 5 verstoring van de operationele verbinding WF, bijvoorbeeld door vezelbreuk, wordt in beide protectieschakelaars overgeschakeld op de protectieverbinding PF. De besturing van de protectieschakelaars, die in de figuur niet nader is aangeduid, geschiedt op bekende wijze en maakt op zich geen deel uit van de uitvinding. In de 5 protectieverbinding PF zijn twee optische schakelaars S, en S2 opgenomen, die een sectie PFt van de protectieverbinding insluiten tussen netwerkknooppunten Nj en ISI4.FIG. 1 schematically shows a protection configuration according to a 1: 1 scheme, in which the invention is applied. The configuration includes a point-to-point connection 20 between a (signal) source S and a (signal) destination D, which may be part of a more extensive optical network, the source and destination being located in different nodes N1 and N2 of the network as drawn, but which can also stand alone. Between the source S in node N, and the destination D in node Nz, there are two physically separated optical signal connections, i.e. an operational connection WF ('working fiber') and a protection connection PF ('protection fiber'), which runs, for example, via network nodes Nj and N4. These two connections are placed between a first protection switch PS1 in node N1 on the source side and a second protection switch PS2 in node INfe on the destination side. In normal, i.e. undisturbed operation, the 30 protection switches are in switch positions such that signal traffic between source S and destination D takes place via the operational connection WF. In the event of a T91 2568 5 disruption of the operational connection WF, for example due to fiber breakage, the protection connection PF is switched in both protection switches. The control of the protection switches, which is not further indicated in the figure, takes place in a known manner and does not in itself form part of the invention. In the protection connection PF, two optical switches S1 and S2 are included, which enclose a section PFt of the protection connection between network nodes Nj and ISI4.
De schakelaars S, en S2 zijn schakelbaar tussen een eerste schakelstand (parallelstand in de figuur, met onderbroken lijnen) waarin eerste en tweede poorten pi en p2 zijn doorverbonden respectievelijk met derde en vierde poorten en p4, en een tweede 10 schakelstand (kruisstand in de figuur, met getrokken lijnen) waarin de eerste en tweede poorten p, en p2 zijn doorverbonden respectievelijk met de vierde en derde poorten p, en p3. De schakelaars S1 en S2 worden bestuurd met stuursignalen respectievelijk afgegeven door signaaldetectiemiddelen M, en M2, die zijn gekoppeld met aan de eerste poort pt van de schakelaars St en S2 geplaatste optische signaal-uitkoppelmiddelen C, 15 en C2, respectievelijk. De signaal-uitkoppelmiddelen zijn zo gedimensioneerd en gericht, dat zij een fractie, bijvoorbeeld 10%, van het vermogen van een optische signaal dat aan de poort Pt van de betreffende schakelaar binnenkomt, uitkoppelen en leiden naar de met de uitkoppelmiddelen gekoppelde detectiemiddelen.The switches S, and S2 are switchable between a first switching position (parallel position in the figure, with broken lines) in which first and second ports pi and p2 are interconnected with third and fourth ports and p4, respectively, and a second switching position (cross position in the solid lines) in which the first and second gates p, and p2 are interconnected with the fourth and third gates p, and p3, respectively. The switches S1 and S2 are controlled with control signals output from signal detecting means M, and M2, respectively, which are coupled to optical signal decoupling means C, 15 and C2, respectively, placed on the first gate pt of the switches St and S2. The signal decoupling means are dimensioned and oriented such that they decouple a fraction, for example 10%, of the power of an optical signal entering the gate Pt of the relevant switch and lead it to the detection means coupled to the decoupling means.
De configuratie werkt als volgt. Er wordt onderscheid gemaakt tussen 20 signaalverkeer met hoge prioriteit en signaalverkeer met lage prioriteit. Het signaalverkeer tussen de bron S en de bestemming D is verkeer met hoge prioriteit in de figuur aangeduid mettrH, en wordt hierna ook wel hoge prioriteitssignaal trH genoemd.The configuration works as follows. A distinction is made between 20 high-priority signal traffic and low-priority signal traffic. The signal traffic between the source S and the destination D is high priority traffic denoted by trH in the figure, hereinafter also referred to as high priority signal trH.
Bij ongestoord bedrijf wordt het signaalverkeer met hoge prioriteit trH geleid over de operationele verbinding WF. Alleen bij storing op de operationele verbinding worden de 25 protectieschakelaars PS, en PS2 omgeschakeld en het verkeer trH tussen de bron S en de bestemming D via de protectieverbinding PF geleid. Om bij ongestoord bedrijf de protectieverbinding niet ongebruikt te laten, wordt ter verhoging van de signaaltransport-capaciteit in het netwerk over althans een deel van de protectieverbinding PF, i.c. sectie PF1f signaalverkeer geleid. Dit verkeer, dat 30 signaalverkeer met lage prioriteit of lage prioriteitssignaal wordt genoemd, aangeduid met trL, moet echter verdwijnen van de protectieverbinding, zodra er door het signaalverkeer met hoge prioriteit van de protectieverbinding gebruik moet worden 1012568 6 gemaakt. In de ongestoorde situatie staan de schakelaars S, en S2 beide in de hierboven aangeduide kruisstand. Er zijn nu twee mogelijkheden om het signaalverkeer met lage prioriteit trL over de betreffende sectie PF, van de prioriteitsverbinding PF te leiden. Volgens de eerste mogelijkheid, de codirectionele variant genoemd, wordt het 5 signaalverkeer trL (getrokken pijl) via de tweede poort (½ van de schakelaar S, op de verbindingssectie PF, gezet ('add') en aan de vierde poort p4 van de tweede schakelaar S2 ervan afgehaald ('drop'). Volgens de tweede mogelijkheid, de contradirectionele variant genoemd, wordt dit signaalverkeer in tegengestelde richting (gestippelde pijl) via de vierde poort p4 van de schakelaar S2 op de verbindingssectie PF, gezet en aan de 10 tweede poort p2 van de eerste schakelaar S2 ervan afgehaald. Door de kruisstand van de schakelaars is als het ware de sectie PF, van de totale protectieverbinding losgekoppeld ten behoeve van het gebruik voor signaalverkeer met lage prioriteit. Zodra echter het hoge prioriteitssignaal trH door omzetting van de protectieschakelaar PS, over de protectieverbinding PF wordt geleid, moet de protectieverbinding zo snel mogelijk IS worden hersteld. Daartoe wordt, zodra de aankomst van het hoge prioriteitssignaal bij de poort p, van de schakelaar S, in knooppunt N3 door de detectiemiddelen M, wordt gedetecteerd, de schakelaar S, in de parallelstand gezet. Het hoge prioriteitssignaal trH propageert over de sectie PF, verder in de richting van de tweede schakelaar Sj in het knooppunt N4. Daar wordt de aankomst van dit signaal bij de poort p, van de tweede 20 schakelaar S2 door de detectiemiddelen Mz gedetecteerd, en wordt de schakelaar Sz in de parallelstand gezet. Na omschakeling van de schakelaars S, en S2 naar de parallelstand is de protectieverbinding PF hersteld, en wordt het lage prioriteitssignaal trL, in de codirectionele variant bij de schakelaar S, in knooppunt N3, en in de contradirectionele variant bij schakelaar Sz in het knooppunt Nu, niet meer aan de sectie 25 PF, toegevoegd, en wordt het hoge prioriteitssignaal trH naar de bestemming D geleid. De contradirectionele variant heeft het voordeel dat de detectiemiddelen M, en M2 door een richting-selectieve inrichting van de signaal-uitkoppeimiddelen C, en Q, geen verdere maatregelen nodig hebben om de aankomst van het hoge prioriteitssignaal trH te kunnen detecteren. De contradirectionele variant is echter minder eenvoudig te 30 combineren met optische versterkers. In de codirectionele variant is het een vereiste dat in ieder geval in het knooppunt N* met de detectiemiddelen Mj samen met de uitkoppelmiddelen Cz een selectieve detectie mogelijk is tussen toestanden waarin aan de poort p, het hoge prioriteitssignaal trH wel en niet aanwezig is. Dit kan bijvoorbeeld 1012568 7 worden bereikt door het hoge en lage prioriteitssignaalverkeer bij verschillende golflengten, algemener bij verschillende golflengtespectra, te laten plaats vinden en bijvoorbeeld de uitkoppelmiddelen Q. of de detectiemiddelen Ms golflengte-selectief te maken voor de golflengte, c.q. (een deel van) het golflengtespectrum waarin het 5 golflengtespectrum van het hoge prioriteitssignaal verschilt van dat van het lage prioriteitssignaal. Om de configuratie eenvormig te houden bezitten de uitkoppelmiddelen Q of de detectiemiddelen M1 bij voorkeur eenzelfde golflengte-selectiviteit. Een detectiemechanisme dat gebaseerd is op golflengte-selectiviteit is zeer efficiënt in geval de hoge en/of lage prioriteitssignalen WDM-signalen zijn (zie hierna).In undisturbed operation, high priority signal traffic trH is conducted over the operational link WF. Only in case of malfunction on the operational connection, the protection switches PS, and PS2 are switched and the traffic trH between the source S and the destination D is passed via the protection connection PF. In order not to leave the protection connection unused during undisturbed operation, at least part of the protection connection PF, i.e. section PF1f, is used to increase the signal transport capacity in the network. However, this traffic, which is called low priority or low priority signal traffic, designated trL, must disappear from the protection connection as soon as the high priority signal traffic is to use the protection connection. In the undisturbed situation, the switches S, and S2 are both in the above-indicated cross position. There are now two possibilities to route the low priority signal traffic trL over the respective section PF of the priority link PF. According to the first possibility, called the codirectional variant, the signal traffic trL (drawn arrow) is put ('add') via the second port (½ of the switch S, on the connection section PF) and on the fourth port p4 of the second switch S2 removed ("drop"). According to the second possibility, called the counter-directional variant, this signal traffic is reversed (dotted arrow) via the fourth port p4 of the switch S2 on the connection section PF, and connected to the second gate p2 of the first switch S2 has been removed from it The cross position of the switches has, as it were, disconnected the section PF from the total protection connection for the purpose of use for low-priority signal traffic, however, once the high-priority signal trH is converted by converting the protection switch PS, which is passed over the protection connection PF, the protection connection IS must be restored as soon as possible. high priority signal at the gate p, of the switch S, in node N3 by the detecting means M, is detected, the switch S is placed in the parallel position. The high priority signal trH propagates across the section PF, further towards the second switch Sj in the node N4. There, the arrival of this signal at the gate p of the second switch S2 is detected by the detection means Mz, and the switch Sz is put in the parallel position. After switching the switches S, and S2 to the parallel position, the protection connection PF is restored, and the low priority signal trL, in the codirectional variant at the switch S, in node N3, and in the contradirectional variant at switch Sz in the node Nu , no longer added to section 25 PF, and the high priority signal trH is passed to destination D. The contradirectional variant has the advantage that the detection means M, and M2, by means of a direction-selective arrangement of the signal-disconnecting means C, and Q, do not need any further measures to be able to detect the arrival of the high priority signal trH. However, the counter-directional variant is less easy to combine with optical amplifiers. In the codirectional variant it is a requirement that at least in the node N * with the detection means Mj, together with the decoupling means Cz, a selective detection is possible between states in which at the gate p, the high priority signal trH is and is not present. This can be achieved, for example, by having the high and low priority signal traffic take place at different wavelengths, more generally at different wavelength spectra and, for example, make the coupling means Q. or the detection means Ms wavelength selective for the wavelength or (part of the wavelength spectrum in which the wavelength spectrum of the high priority signal differs from that of the low priority signal. In order to keep the configuration uniform, the decoupling means Q or the detection means M1 preferably have the same wavelength selectivity. A detection mechanism based on wavelength selectivity is very efficient in case the high and / or low priority signals are WDM signals (see below).
10 In beide varianten, de codirectionele en de contradirectionele, kan in plaats van golflengte- of richtingselectiviteit, ook gebruik worden gemaakt van detectiemiddelen die selectief zijn voor een signaal dat typisch is voor het hoge prioriteitssignaal, en niet aanwezig is in het lage prioriteitssignaal, zoals een 'pilot'-signaal met een specifieke modulatie die door de detectiemiddelen kan worden herkend.In both variants, the codirectional and the contradirectional, instead of wavelength or direction selectivity, use can also be made of detection means which are selective for a signal typical of the high priority signal and which is not present in the low priority signal, such as a 'pilot' signal with a specific modulation that can be recognized by the detection means.
IS De protectieverbinding PF kan in meer secties, soortgelijk als de sectie PF1f zijn opgedeeld ten behoeve van nog meer lage prioriteitsverkeer, bijvoorbeeld in geval de protectieverbinding via nog andere netwerkknooppunten loopt. In dat geval zijn in de prioriteitsverbinding PF drie of meer schakelaars, soortgelijk als de schakelaars S, en S2, met bijbehorende detectiemiddelen opgenomen. Daarbij is ooktransit-verkeer mogelijk 20 door naar behoefte tussenliggende schakelaars in de parallelstand te zetten. Bij komst van het hoge prioriteitssignaal hoeven deze niet meer te worden omgezet.IS The protection connection PF may be divided into more sections, similar to the section PF1f, for even more low priority traffic, for example, if the protection connection is through other network nodes. In that case, the priority link PF includes three or more switches, similar to switches S, and S2, with associated detection means. Transit traffic is thereby also possible by putting intermediate switches in the parallel position as required. When the high priority signal arrives, these no longer need to be converted.
De toepassing van uitkoppelmiddelen aan de eerste poort p, van de schakelaars S, en S2, ten behoeve van de detectie van het hoge prioriteitssignaal, heeft de beperking dat bij gebruik van de protectieverbinding PF het signaal bij het passeren van 25 een aantal schakelaars teveel wordt verzwakt. Dit kan worden voorkomen door de uitkoppelmiddelen te plaatsen aan de vierde poort & van elke schakelaar. Voor een schakelaar S3 en uitkoppelmiddelen Ca is dit getoond in FIG. 2.The use of disconnection means at the first gate p, of the switches S, and S2, for the purpose of detecting the high priority signal, has the limitation that when using the protection connection PF the signal becomes too much when passing a number of switches impaired. This can be prevented by placing the disconnection means at the fourth port & of each switch. For a switch S3 and disconnection means Ca this is shown in FIG. 2.
Als bij een schakelaar de poort p4 niet in gebruik is voor het toevoegen of afnemen van het lage prioriteitssignaal, respectievelijk in de contra- en co-directionele 30 variant, kunnen de detectiemiddelen ook rechtstreeks op de poort p* worden aangesloten. Voor een schakelaar S4 en detectiemiddelen M4 is dit getoond in FIG. 3.If at a switch the gate p4 is not in use for adding or subtracting the low priority signal, respectively in the contra- and co-directional variant, the detection means can also be connected directly to the gate p *. For a switch S4 and detection means M4, this is shown in FIG. 3.
101 2568 8 in de tot hiertoe beschreven uitvoeringsvoorbeelden kan zowel het hoge als het lage prioriteitssignaal een optisch WDM-signaal zijn, welke signalen door de diverse schakelaars compleet worden geschakeld. Indien echter het hoge prioriteitssignaal een 5 WDM-signaal is, dat een n-tal WDM-kanalen omvat, waarbij elk WDM-kanaal correspondeert met een aparte golflengte λ| (i = 1 ,-,n) in het WDM-signaal, kan over een of meer secties van de protectieverbinding in principe ook elk WDM-kanaal afzonderlijk worden benut voor signaaloverdracht met lage prioriteit. Daartoe wordt aan het begin en eind van elke sectie, in plaats van een enkelvoudige schakelaar met bijbehorende 10 detectiemiddelen, zoals de schakelaars S1 en S2 in FIG. 1, een optische toevoeg- en afneem-multiplexeerinrichting (Optical Add/Drop Multiplexer’), hierna aangeduid met OADM, toegevoegd. De afzonderlijke WDM-kanalen worden verder aangeduid met hun golflengte λ, (i = 1,-,n). FIG. 4 toont hiervan een eerste variant, in een contradirectionele uitvoering, waarbij een OADM 40 is opgenomen in een protectieverbinding. De OADM 15 omvat een bidirectionele (de)multiplexer 42 met een in/uitpoort 44 en een bidirectionele (de)multiplexer 46 met een in/uitpoort 48, voor het uitsplitsen en weer samenvoegen van een n-tal WDM-kanalen λ1(-,λη in elk van beide signaaltransmissierichtingen. In de WDM-kanalen λ,,-,λ* zijn optische 2x2-schakelaars SPi,-,SPn opgenomen voorzien van detectiemiddelen een en ander per WDM-kanaal op een soortgelijke wijze 20 als de schakelaar S, of S2 met bijbehorende detectiemiddelen in FIG. 1. Voor het toevoegen of afnemen van signalen met lage prioriteit trL, respectievelijk aan de vierde en de tweede poort van de schakelaars, staan bij ongestoorde operatie de schakelaars SP1r-,SPn in de kruisstand. Zodra het hoge prioriteitssignaal trH als WDM-signaal op de in/uitpoort 44 van de (de)multiplexer 42 binnenkomt, wordt dit signaal uitgesplitst naar 25 signaalcomponenten in de verschillende WDM-kanalen λ,,-Λν Vervolgens wordt in ieder kanaal de eventueel aanwezige signaalcomponent van het hoge prioriteitssignaal afzonderlijk gedetecteerd, en na omschakeling van de bij het kanaal behorende schakelaar doorgegeven aan de (de)multiplexer 46, en tenslotte met in andere kanalen doorgegeven signaalcomponenten van het hoge prioriteitssignaal weer samengevoegd 30 tot een WDM-signaal van het hoge prioriteitssignaal trH dat via de in/uitpoort 48 verder propageert over de protectieverbinding.In the exemplary embodiments described so far, both the high and the low priority signal may be an optical WDM signal, which signals are completely switched by the various switches. However, if the high priority signal is a 5 WDM signal, which includes one n WDM channels, each WDM channel corresponding to a separate wavelength λ | (i = 1, -, n) in the WDM signal, in principle over one or more sections of the protection connection, each WDM channel can also be used separately for low-priority signal transmission. To this end, instead of a single switch with associated detection means, such as switches S1 and S2 in FIG. 1, an Optical Add / Drop Multiplexer (hereinafter referred to as OADM). The individual WDM channels are further indicated by their wavelength λ, (i = 1, -, n). FIG. 4 shows a first variant of this, in a counter-directional embodiment, in which an OADM 40 is included in a protection connection. The OADM 15 includes a bi-directional (de) multiplexer 42 with an in / out port 44 and a bi-directional (de) multiplexer 46 with an in / out port 48, for splitting and reassembling one n WDM channels λ1 (-, λη in each of the two signal transmission directions.In the WDM channels λ ,, -, λ * are included 2x2 optical switches SPi, -, SPn provided with detection means all this per WDM channel in a similar manner as the switch S, or S2 with associated detection means in Fig. 1. To add or subtract low priority signals trL, respectively, to the fourth and second gate of the switches, the switches SP1r-, SPn are in the cross position when the operation is undisturbed. high priority signal trH when WDM signal enters the in / out port 44 of the (de) multiplexer 42, this signal is split into 25 signal components in the different WDM channels λ ,, - Λν Then, in each channel, the signal components that may be present t of the high priority signal separately detected, and after switching the switch associated with the channel passed to the (de) multiplexer 46, and finally combined with signal components of the high priority signal passed back in other channels to a WDM signal of the high priority signal trH which further propagates via the in / out port 48 over the protection connection.
1012568 91012568 9
Op soortgelijke wijze als FIG. 4 toont FIG. 5 een tweede variant voor een WDM-toepassing, nu in een codirectionele uitvoering. In deze variant is het hoge prioriteitssignaal trH een WDM-signaal dat naast het n-tal WDM-kanalen nog een extra WOM-kanaal met een specifieke golflengte λ, omvat, dat een herkenningsfunctie bezit 5 voor het hoge prioriteitssignaal op de protectieverbinding, en waaraan derhalve de aanwezigheid van het hoge prioriteitssignaal op de protectieverbinding ondubbelzinnig is te detecteren. Dit extra WDM-kanaal, dat hierna ook herkenningskanaal ('signature channel') λ, wordt genoemd, kan al behoren tot het hoge prioriteitssignaal over de operationele verbinding, maar kan ook pas bij overgang naar de protectieverbinding aan 10 het signaal worden toegevoegd. Het hoge prioriteitssignaal inclusief het herkenningskanaal wordt aangeduid met trH(AJ. FIG. 5 toont een OADM 50 opgenomen in een protectieverbinding aan het begin of het einde van elke sectie van die verbinding, die wordt gebruikt voor lage prioriteitsverkeer. De OADM 50 omvat een demultiplexer 52 met een ingangspoort 54 en een multiplexer 56 met een uitgangspoort 58, 15 respectievelijk voor het uitsplitsen en weer samenvoegen van een n-tal WDM-kanalen λ,,-,λη en het extra WDM-kanaal λ,. In de WDM-kanalen λ,,-,λ* zijn optische 2x2-schakelaars SQ^^SQn opgenomen, een en ander per WDM-kanaal op een soortgelijke wijze als de schakelaar S, of S2 in FIG. 1, nu zonder de bijbehorende detectiemiddelen. Met het extra WDM-kanaal λ, zijn detectiemiddelen MM gekoppeld voor de gelijktijdige 20 aansturing van de schakelaars SQ^-.SQn in de WDM-kanalen λ, ,-,λη- Voor het toevoegen of afnemen van signalen met lage prioriteit trL, respectievelijk aan de tweede en de vierde poort van de schakelaars, staan bij ongestoorde operatie de schakelaars βΟ,,-,εΟη in de kruisstand. Het herkenningskanaal λ» wordt hierbij niet voor lage prioriteitsverkeer gebruikt. Zodra op de ingangspoort 54 van de demultiplexer 52 het 25 WDM-signaal van het hoge prioriteitssignaal ΐΓΗ(λ*) binnenkomt, wordt dit uitgesplitst naar signaalcomponenten in de verschillende WDM-kanalen λ,,-,λ* en λ*. Vervolgens wordt met de detectie van de signaalcomponent in het herkenningskanaal λ, de aanwezigheid van het hoge prioriteitssignaal gedetecteerd, en worden de schakelaars SQ^vSQ,, in de WDM-kanalen λ,,-,λ* omgeschakeld, waardoor de signaalcomponenten 30 worden doorgegeven aan de multiplexer 56. Daar worden de signaalcomponenten in de verschillende WDM-kanalen weer samengevoegd tot een WDM-signaal van hoge 1012568 10 prioriteit trH(AJf dat via de uitgangspoort 58 verder kan propageren over een daarop aangesloten protectieverbinding.In a similar manner to FIG. 4 shows FIG. 5 a second variant for a WDM application, now in a codirectional version. In this variant, the high priority signal trH is a WDM signal which, in addition to the n-number of WDM channels, comprises an additional WOM channel with a specific wavelength λ, which has a recognition function for the high priority signal on the protection connection, and to which therefore, the presence of the high priority signal on the protection connection can be unambiguously detected. This additional WDM channel, hereinafter also referred to as the recognition channel ('signature channel') λ, may already belong to the high priority signal over the operational connection, but can also be added to the signal only when the protection connection is transitioned. The high priority signal including the recognition channel is indicated by trH (AJ. FIG. 5 shows an OADM 50 included in a protection connection at the beginning or end of each section of that connection used for low priority traffic. The OADM 50 includes a demultiplexer 52 with an input port 54 and a multiplexer 56 with an output port 58, 15 respectively for splitting and reassembling an n-number of WDM channels λ ,, -, λη and the additional WDM channel λ ,. In the WDM channels λ ,, -, λ * optical 2x2 switches SQ ^^ SQn are included, each per WDM channel in a similar manner to the switch S, or S2 in Fig. 1, now without the associated detection means. WDM channel λ, detection means MM are coupled for simultaneously driving the switches SQ ^ -. SQn in the WDM channels λ, -, λη- For adding or subtracting low priority signals trL, respectively, to the second and the fourth gate of the chess boot, in undisturbed operation the switches βΟ ,, -, εΟη are in the cross position. The recognition channel λ »is not used for low priority traffic. As soon as the input signal 54 of the demultiplexer 52 enters the WDM signal of the high priority signal ΐΓΗ (λ *), it is broken down into signal components in the different WDM channels λ ,, -, λ * and λ *. Then, with the detection of the signal component in the recognition channel λ, the presence of the high priority signal is detected, and the switches SQ ^ vSQ ,, are switched in the WDM channels λ ,, -, λ *, through which the signal components 30 are transmitted to the multiplexer 56. There, the signal components in the various WDM channels are reassembled into a WDM signal of high 1012568 10 priority trH (AJf, which can propagate via the output port 58 further over a protection connection connected thereto.
Zowel de OADM 40 in FIG. 4 als de OADM 50 in FIG. 5 kan zijn ingericht om nog signalen in andere WDM-kanalen, in de figuren aangeduid met {λ*,}, te verwerken, 5 die operationeel signaalverkeer betreffen met een protectieroute via een ander, niet getekend, deel van een netwerk. Ook kan hiervoor de operationele verbinding WF van FIG. 1 zelf worden benut, als ook de knooppunten N1 en N2 daartoe met passende OADMs zijn ingericht. Een dergelijk protectie-principe wordt onder meer toegepast in ringvormige optische transmissienetwerken met protectieconfiguratie voor de 10 transmissie van WDM-signalen. In dergelijke netwerken, hierna kortheidshalve aangeduid met WDM-ringen, zijn drie of meer knooppunten opgenomen in en onderling verbonden door (tenminste) twee optische verbindingen die twee ringen vormen, hierna dubbelring genoemd, voor de transmissie van WDM-signalen tussen de knooppunten in twee onderling tegengestelde transmissierichtingen. Elk knooppunt is daarbij van 15 protectieschakelmiddelen voorzien voor het overschakelen van signaaltransmissie over een operationele verbinding in een eerste of in een tweede transmissierichting naar signaaltransmissie over een protectieverbinding via de dubbelring respectievelijk in de tweede of in de eerste transmissierichting. Daarbij heeft een operationele verbinding via een sectie van de dubbelring tussen elk tweetal naburige knooppunten in de dubbelring 20 steeds een protectieverbinding via een met die sectie complementair deel van de dubbelring, in geval de operationele verbinding over die sectie van de dubbelring in een foutconditie geraakt. In WDM-ringen met zogenoemde optische multiplexsectie-protectie (OMS-protectie) behoort het gehele complementaire deel tot de protectieverbinding. In WDM-ringen met optische kanaal-protectie (OCH-protectie) 25 maakt het complementaire deel niet noodzakelijkerwijze in zijn geheel deel uit van de protectieverbinding, een en ander afhankelijk van in welke knooppunten van de dubbelring het hoge prioriteitsverkeer over de operationele verbinding zijn bron en bestemming heeft. In beide soorten WDM-ringen is over de in de ringen aanwezige protectieverbindingen lage prioriteitsverkeer zowel in codïrectionele als in 30 contradirectionele uitvoering in principe mogelijk op een wijze als hiervoor beschreven.Both the OADM 40 in FIG. 4 when the OADM 50 in FIG. 5 may be arranged to still process signals in other WDM channels, indicated in the figures with {λ *,}, 5 which concern operational signal traffic with a protection route via another, not drawn, part of a network. The operational connection WF of FIG. 1 itself, if the nodes N1 and N2 are also set up for this purpose with appropriate OADMs. Such a protection principle is applied, inter alia, in annular optical transmission networks with protection configuration for the transmission of WDM signals. In such networks, hereinafter referred to as WDM rings for brevity, three or more nodes are incorporated into and interconnected by (at least) two optical connections forming two rings, hereinafter referred to as double ring, for the transmission of WDM signals between the nodes in two mutually opposite transmission directions. Each node is thereby provided with 15 protection switching means for switching signal transmission over an operational connection in a first or in a second transmission direction to signal transmission over a protection connection via the double ring in the second or in the first transmission direction, respectively. An operational connection via a section of the double ring between each of two adjacent nodes in the double ring 20 always has a protection connection via a part of the double ring complementary to that section, in case the operational connection over that section of the double ring becomes in an error condition. In WDM rings with so-called optical multiplex section protection (OMS protection), the entire complementary part belongs to the protection connection. In WDM rings with optical channel protection (OCH protection) 25, the complementary part does not necessarily form part of the protection connection as a whole, depending on in which nodes of the double ring the high priority traffic over the operational connection is source and has destination. In both types of WDM rings, low priority traffic over the protection connections present in the rings is possible in principle in both a codial correction and a contradirectional embodiment in a manner as described above.
Hierna wordt aan de hand van de figuren FIG. 6t/m 9 een specifieke vorm van een WDM-ring met OMS-protectie beschreven, waarin de uitvinding wordt toegepast. FIG. 6 toont een dergelijk netwerk RN met vier knooppunten RN1, RN2, RN3 en RN4, 101 2568 11 welke zijn opgenomen in een dubbelring DR, welke een buitenring R1 en een binnenring R2 omvat, respectievelijk met signaalverkeer tussen de knooppunten in een eerste transmissierichting (in de figuur kloksgewijs), en met signaalverkeer in een tweede transmissierichting (anti-kloksgewijs). Zoals schematisch weergegeven in FIG. 7 omvat 5 een knooppunt 70, zoals een knooppunt RNi (met i = 1 ,-,4) van de dubbelring OR, een eerste OADM 71 en een tweede OADM 72, respectievelijk opgenomen in de buitenring R1 en in de binnenring R2, voor het toevoegen en afnemen (pijlenA/D) van WDM-kanalen op de dubbelring DR in elk van beide transmissierichtingen. Verder omvat het knooppunt 70 protectieschakelaars 73 en 74 dieterweerszijden van de OADMs zijn 10 opgenomen in de dubbelring DR. De protectie is zodanig dat bij normaal bedrijf de ringen R1 en R2 intact zijn. Bij een foutconditie echter in een operationele verbinding over een sectie tussen twee naburige knooppunten of in een knooppunt zelf, worden de protectieschakelaars, bijvoorbeeld onder besturing van een centraal besturingssysteem of ook met behulp van detectiemiddelen in het optische domein, terweerszijde van de IS desbetreffende sectie van de dubbelring of terweerszijde van het desbetreffende knooppunt, zo geschakeld dat de sectie of het knooppunt met de foutconditie is losgekoppeld van de dubbelring. Daarbij wordt het betrokken operationele signaalverkeer over de dubbelring in de ene transmissierichting in de protectieschakelaar voor het van de dubbelring losgekoppelde onderdeel van richting omgekeerd en als 20 protectiesignaalverkeer over de dubbelring in de andere transmissierichting geleid.Hereafter, with reference to the figures, FIG. 6 to 9 describe a specific form of a WDM ring with OMS protection, in which the invention is applied. FIG. 6 shows such a network RN with four nodes RN1, RN2, RN3 and RN4, 101 2568 11 contained in a double ring DR, which includes an outer ring R1 and an inner ring R2, respectively, with signal traffic between the nodes in a first transmission direction (in the figure clockwise), and with signal traffic in a second transmission direction (anti-clockwise). As shown schematically in FIG. 7, a node 70, such as a node RNi (with i = 1, -, 4) of the double ring OR, includes a first OADM 71 and a second OADM 72, included in the outer ring R1 and in the inner ring R2, respectively, for adding and subtracting (arrows A / D) WDM channels on the double ring DR in either direction of transmission. Furthermore, the node 70 includes protection switches 73 and 74, which the reverse sides of the OADMs are included in the double ring DR. The protection is such that in normal operation the rings R1 and R2 are intact. However, in an error condition in an operational link across a section between two neighboring nodes or in a node itself, the protection switches, for example, under the control of a central control system or also using detection means in the optical domain, on the reverse side of the IS relevant section of the double ring or reverse side of the relevant node, such that the section or node with the fault condition is disconnected from the double ring. The relevant operational signal traffic over the double ring in one transmission direction is reversed in the protection switch for the part disconnected from the double ring in the opposite direction and is passed as protection signal traffic over the double ring in the other transmission direction.
Over zowel de binnenring als de buitenring is signaalverkeer mogelijk vanWDM-signalen die 2n + 2 onderling verschillende WDM-kanalen omvatten. FIG. 8 toont een schema van de golflengtetoewijzing van de diverse WDM-kanalen. Bij de buitenring R1 hoort een eerste verzameling {W1} van n+ 1 WDM-kanalen, t.w. n kanalen λ,,-,λ* en 25 een herkenningskanaal λ,,, die operationele kanalen vormen voor operationele sïgnaalverbindingen via de buitenring. Bij de binnenring R2 hoort eveneens een eerste verzameling {W2} van n +1 WDM-kanalen, t.w. de kanalen λη+ν-,λ^η en een herkenningskanaal λ&, die operationele kanalen vormen voor operationele signaalverbindingen via de binnenring. Verder hoort bij zowel de buitenring R1 als de 30 binnenring R2 een tweede verzameling, respectievelijk de verzameling {P2} van de WDM-kanalen λ„+1,-,λ2η, en het herkenningskanaal λ^, en de verzameling {P1} van de WDM-kanalen λ,,-,λ,,, en het herkenningskanaal λ,ν die protectiekanalen vormen voor 1012568Signal traffic of WDM signals comprising 2n + 2 mutually different WDM channels is possible over both the inner ring and the outer ring. FIG. 8 shows a diagram of the wavelength assignment of the various WDM channels. Outer ring R1 includes a first set {W1} of n + 1 WDM channels, i.e. n channels λ ,, -, λ * and 25 a recognition channel λ ,,, which form operational channels for operational signal connections via the outer ring. Inner ring R2 also includes a first set {W2} of n +1 WDM channels, i.e. the channels λη + ν-, λ ^ η and a recognition channel λ &, which form operational channels for operational signal connections via the inner ring. Furthermore, both the outer ring R1 and the inner ring R2 belong to a second set, respectively the set {P2} of the WDM channels λ „+1, -, λ2η, and the recognition channel λ ^, and the set {P1} of the WDM channels λ ,, -, λ ,,, and the recognition channel λ, ν that form protection channels for 1012568
VV
12 protectieverkeer, respectievelijk op de buitenring R1 bij een foutconditie van een operationele verbinding op de binnenring R2, en op de binnenring R2 bij een foutconditie van een operationele verbinding op de buitenring R1. Over de secties van zowel de buitenring R1 als de binnenring R2 tussen elk tweetal naburige knooppunten, zoals 5 bijvoorbeeld het tweetal RN2 en RN3, of het tweetal RN4 en RN1, worden over de herkenningskanalen Xs1 en λ^, respectievelijk uit de eerste verzamelingen {W1} en {W2} van operationele kanalen, permanente, zogeheten naaste-buur verbindingen nb in stand gehouden, zoals bijvoorbeeld de naaste-buur verbindingen nb over de sectie van de buitenring R1 tussen de knooppunten RN1 en RN2, en over de sectie van de 10 binnenring R2 tussen de knooppunten RN1 en RN4. Bij ongestoord bedrijf kunnen de protectiekanalen van de tweede verzamelingen {P1} en {P2} met uitzondering van de herkenningskanalen en op de buiten- en binnenring weer worden gebruikt voor signaalverkeer met een lage prioriteit, dat moet wijken bij het verschijnen van signaalverkeer met hoge prioriteit, t.w. protectieverkeer afkomstig van met de 15 desbetreffende protectiekanalen corresponderende operationele kanalen van de eerste verzamelingen {W1} en {W2}. Daartoe zijn in elkeOADM van elk knooppunt de protectiekanalen voorzien van schakelmiddeien en van detectiemiddelen voor de besturing van de schakelmiddeien, een en ander op een soortgelijke wijze als in de OADM 50 (zie FIG. 5). FIG. 9 toont schematisch een OADM 90 opgenomen in de 20 buitenring R1. De OADM 90 omvat een demultiplexer 92 met een ingangspoort 93 en een multiplexer 94 met een uitgangspoort 95, waartussen de kanalen van de eerste verzameling {W1} van operationele kanalen en van de tweede verzameling {P2} van protectiekanalen zijn uitgesplitst. In de operationele kanalen zijn A/D-schakelmiddelen 96 opgenomen voor het toevoegen/afnemen of doorschakelen van signalen in ieder 25 kanaal afzonderlijk. In het herkenningskanaal van de verzameling {W1} van operationele kanalen is een A/D-schakelaar 98 opgenomen, die in de figuur apart is weergegeven om aan te geven dat deze permanent in de kruisstand staat ten behoeve van de naaste-buur verbindingen nb in inkomende en uitgaande richting. In de protectiekanalen zijn, met uitzondering van het herkenningskanaal λ,2, schakelmiddeien 30 SQ opgenomen voor het toevoegen/afnemen of doorschakelen van signalen met lage prioriteit tru{1) in ieder protectiekanaal afzonderlijk over de buitenring R1. Met het herkenningskanaal λ,2 van de verzameling {P2} van protectiekanalen zijn T012568 13 detectiemiddelen MM gekoppeld voor de collectieve besturing van de schakelmiddelen SQ. Wanneer de aanwezigheid van een hoge prioriteitssignaaltrH{^2) op de ingangspoort 93 van de demultiplexer 92 in het herkenningskanaal wordt gedetecteerd, worden door de schakelmiddelen SQ alle protectiekanalen 5 doorgeschakeld, zodat geen lage prioriteitssignalen trL(1) meer kunnen worden toegevoegd of afgenomen.12 protection traffic, respectively on the outer ring R1 in an error condition of an operational connection on the inner ring R2, and on the inner ring R2 in an error condition of an operational connection on the outer ring R1. About the sections of both the outer ring R1 and the inner ring R2 between each pair of adjacent nodes, such as the pair RN2 and RN3, or the pair RN4 and RN1, over the recognition channels Xs1 and λ ^, respectively, from the first sets {W1 } and {W2} of operational channels, permanent so-called nearest neighbor connections nb maintained, such as for example the nearest neighbor connections nb over the section of the outer ring R1 between the nodes RN1 and RN2, and over the section of the 10 inner ring R2 between the nodes RN1 and RN4. In undisturbed operation, the protection channels of the second sets {P1} and {P2}, with the exception of the recognition channels and on the outer and inner ring, can be used again for low-priority signal traffic, which must deviate when high-priority signal traffic appears. , tw protection traffic originating from operational channels of the first sets {W1} and {W2} corresponding to the 15 protection channels concerned. For this purpose, the protection channels in each OADM of each node are provided with switching means and with detection means for controlling the switching means, all in a similar manner as in the OADM 50 (see FIG. 5). FIG. 9 schematically shows an OADM 90 included in the outer ring R1. The OADM 90 includes a demultiplexer 92 with an input port 93 and a multiplexer 94 with an output port 95, between which the channels of the first set {W1} of operational channels and of the second set {P2} of protection channels are split. In the operational channels, A / D switching means 96 are included for adding / subtracting or switching signals in each channel separately. The recognition channel of the set {W1} of operational channels includes an A / D switch 98, which is shown separately in the figure to indicate that it is permanently in the cross position for the closest neighbor connections nb in incoming and outgoing direction. In the protection channels, with the exception of the recognition channel λ, 2, switching means 30 SQ are included for adding / subtracting or switching signals of low priority tru {1) in each protection channel separately over the outer ring R1. T012568 13 detection means MM are coupled to the recognition channel λ, 2 of the set {P2} of protection channels for the collective control of the switching means SQ. When the presence of a high priority signal trH (^ 2) on the input port 93 of the demultiplexer 92 in the recognition channel is detected, the switching means SQ switches all protection channels 5, so that no more low priority signals trL (1) can be added or taken.
Een dergelijke WDM-ring heeft het grote voordeel, dat tengevolge van de permanente aanwezigheid van een naaste-buur verbinding tussen elk tweetal naburige knooppunten over een WDM-kanaal met dezelfde golflengte, t.w. de herkenningskanalen λ*, en λ,2 10 respectievelijk op de buitenring en de binnenring, bij een foutconditie op een signaalverbinding over welk operationeel kanaal dan ook, het protectiesignaal, waar dan ook op een protectieverbinding over de dubbelring, steeds het desbetreffende herkenningskanaal bevat en daaraan in het optische gebied detecteerbaar is.Such a WDM ring has the great advantage that due to the permanent presence of a close-neighbor connection between two adjacent nodes over a WDM channel with the same wavelength, i.e. the recognition channels λ *, and λ, 2 10 respectively on the outer ring and the inner ring, in the event of an error condition on a signal connection over any operational channel, the protection signal, wherever on a protection connection over the double ring, always contains the relevant recognition channel and is detectable therefrom in the optical region.
Bij de beschreven uitvoeringsvoorbeelden is de coöperatie van de IS detectiemiddelen en de schakelmiddelen bij voorkeur zodanig, dat als het hoge prioriteitssignaal niet meer wordt gedetecteerd op de protectieverbinding, de schakelmiddelen worden teruggeschakeld naar schakelstanden waarop weer lage prioriteitsverkeer mogelijk is.In the described exemplary embodiments, the cooperation of the IS detection means and the switching means is preferably such that when the high priority signal is no longer detected on the protection connection, the switching means are switched back to switching positions where low priority traffic is again possible.
10125681012568
Claims (19)
Priority Applications (7)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1012568A NL1012568C2 (en) | 1999-07-12 | 1999-07-12 | Optical transmission network with protection configuration. |
KR1020027000445A KR20020012307A (en) | 1999-07-12 | 2000-07-05 | Optical transmission network having a protection configuration |
PCT/EP2000/006403 WO2001005083A1 (en) | 1999-07-12 | 2000-07-05 | Optical transmission network having a protection configuration |
EP00954439A EP1198912A1 (en) | 1999-07-12 | 2000-07-05 | Optical transmission network having a protection configuration |
CA002379046A CA2379046A1 (en) | 1999-07-12 | 2000-07-05 | Optical transmission network having a protection configuration |
JP2001510177A JP2003504956A (en) | 1999-07-12 | 2000-07-05 | Optical transmission network with protection configuration |
AU66895/00A AU6689500A (en) | 1999-07-12 | 2000-07-05 | Optical transmission network having a protection configuration |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1012568 | 1999-07-12 | ||
NL1012568A NL1012568C2 (en) | 1999-07-12 | 1999-07-12 | Optical transmission network with protection configuration. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1012568C2 true NL1012568C2 (en) | 2001-01-15 |
Family
ID=19769544
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1012568A NL1012568C2 (en) | 1999-07-12 | 1999-07-12 | Optical transmission network with protection configuration. |
Country Status (7)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP1198912A1 (en) |
JP (1) | JP2003504956A (en) |
KR (1) | KR20020012307A (en) |
AU (1) | AU6689500A (en) |
CA (1) | CA2379046A1 (en) |
NL (1) | NL1012568C2 (en) |
WO (1) | WO2001005083A1 (en) |
Families Citing this family (11)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP1386452A2 (en) * | 2001-05-04 | 2004-02-04 | Appian Communications, Inc. | Protecting ring network data |
US7289437B2 (en) * | 2001-10-10 | 2007-10-30 | Alcatel Lucent | System and method for routing stability-based integrated traffic engineering for GMPLS optical networks |
KR20030065664A (en) * | 2002-01-30 | 2003-08-09 | 삼성전자주식회사 | Optical network node |
ES2295511T3 (en) * | 2002-04-30 | 2008-04-16 | NOKIA SIEMENS NETWORKS GMBH & CO. KG | PROCEDURE TO PROTECT DATA SIGNS THAT ARE TRANSMITTED THROUGH OPTICAL FIBER DRIVERS. |
JP4201531B2 (en) | 2002-05-30 | 2008-12-24 | 富士通株式会社 | Optical communication node and optical network system |
CN1225868C (en) * | 2002-07-18 | 2005-11-02 | 华为技术有限公司 | Flow rate protecting method and device for light interface in data communication equipment |
US7010666B1 (en) | 2003-01-06 | 2006-03-07 | Altera Corporation | Methods and apparatus for memory map generation on a programmable chip |
US20040179472A1 (en) * | 2003-03-14 | 2004-09-16 | Farid Khalilzadeh | Shared path protection method and system |
CN100356757C (en) * | 2004-05-27 | 2007-12-19 | 上海交通大学 | Service quality controlling method for light Internet network |
JP4752316B2 (en) * | 2005-04-26 | 2011-08-17 | 日本電気株式会社 | Optical multiplexer / demultiplexer, optical add / drop system, and optical signal multiplexing / demultiplexing method |
US8989585B2 (en) * | 2010-09-29 | 2015-03-24 | Telefonaktiebolaget L M Ericsson (Publ) | Free space optical communications link node, network and method of transmitting traffic |
Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO1997009803A1 (en) * | 1995-09-06 | 1997-03-13 | Northern Telecom Limited | Optical communication system |
EP0859484A2 (en) * | 1997-02-18 | 1998-08-19 | Hitachi, Ltd. | Fault restoration control method and it's apparatus in a communication network |
-
1999
- 1999-07-12 NL NL1012568A patent/NL1012568C2/en not_active IP Right Cessation
-
2000
- 2000-07-05 AU AU66895/00A patent/AU6689500A/en not_active Abandoned
- 2000-07-05 EP EP00954439A patent/EP1198912A1/en not_active Withdrawn
- 2000-07-05 KR KR1020027000445A patent/KR20020012307A/en not_active Application Discontinuation
- 2000-07-05 CA CA002379046A patent/CA2379046A1/en not_active Abandoned
- 2000-07-05 WO PCT/EP2000/006403 patent/WO2001005083A1/en not_active Application Discontinuation
- 2000-07-05 JP JP2001510177A patent/JP2003504956A/en active Pending
Patent Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
WO1997009803A1 (en) * | 1995-09-06 | 1997-03-13 | Northern Telecom Limited | Optical communication system |
EP0859484A2 (en) * | 1997-02-18 | 1998-08-19 | Hitachi, Ltd. | Fault restoration control method and it's apparatus in a communication network |
Non-Patent Citations (1)
Title |
---|
ARECCO F ET AL: "A TRANSPARENT, ALL-OPTICAL, METROPOLITAN NETWORK EXPERIMENT IN A FIELD ENVIRONMENT: THE PROMETEO SELF-HEALING RING", JOURNAL OF LIGHTWAVE TECHNOLOGY,US,IEEE. NEW YORK, vol. 15, no. 12, 1 December 1997 (1997-12-01), pages 2206 - 2212, XP000727508, ISSN: 0733-8724 * |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
KR20020012307A (en) | 2002-02-15 |
AU6689500A (en) | 2001-01-30 |
CA2379046A1 (en) | 2001-01-18 |
EP1198912A1 (en) | 2002-04-24 |
JP2003504956A (en) | 2003-02-04 |
WO2001005083A1 (en) | 2001-01-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US8111995B2 (en) | Shared, colorless add/drop configuration for a ROADM network using M×N wavelength switches | |
JP4528147B2 (en) | Optical wavelength add / drop device and optical network device using the same | |
JP4235559B2 (en) | Protected bidirectional WDM network | |
US8126330B2 (en) | Dynamic wavelength service over a ROADM optical network | |
US8116630B2 (en) | Methods for dynamic wavelength add/drop in a ROADM optical network | |
US5805320A (en) | Cross-connect device | |
EP2385642B1 (en) | A method for providing protection in an optical communication network against connection failures | |
US20100034532A1 (en) | Communications Network | |
NL1012568C2 (en) | Optical transmission network with protection configuration. | |
CN108370279B (en) | Photoelectric exchanger | |
WO2014006861A1 (en) | Optical branching unit and optical branching method | |
US20020054406A1 (en) | Bidirectional WDM optical communication network with optical bridge between bidirectional optical waveguides | |
JP2007148042A (en) | Wavelength selective optical switch, optical multiplexer, optical demultiplexer, and wavelength selective optical switch module | |
SE523986C2 (en) | Optical WDM network for flexible connections has only one band drop filter that may drop selected ones of wavelength channels used by WDM transmitters in satellite nodes | |
US6859576B2 (en) | Optical cross-connect system | |
WO2023061297A1 (en) | Wavelength division multiplexing device and optical signal processing method | |
KR100317133B1 (en) | Bi-directional wavelength division multiplex self-developed fiber optic network with bidirectional add / drop multiplexer | |
US6288812B1 (en) | Bidirectional WDM optical communication network with optical bridge between bidirectional optical waveguides | |
US10476624B2 (en) | Colorless, directionless, contentionless optical network using MXN wavelength selective switches | |
US8774631B2 (en) | Switch node | |
US10771183B2 (en) | Optical network element for transmitting and/or receiving WDM signals | |
US20130114957A1 (en) | Dual path wavelength selective switch | |
Ben-Ezra et al. | First WDM-SDM Optical Network with Spatial Sub-Group Routing ROADM Nodes Supporting Spatial Lane Changes | |
WO2024099550A1 (en) | Optical switching apparatus and communications network node | |
JP2013187701A (en) | Optical node device and control method thereof |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20040201 |