BE1031346B1

BE1031346B1 - Buggy

Info

Publication number: BE1031346B1
Application number: BE20235110A
Authority: BE
Inventors: Frederic Boonen
Original assignee: Hemco Invest
Priority date: 2023-02-15
Filing date: 2023-02-15
Publication date: 2024-09-17
Also published as: WO2024170996A1; BE1031346A1

Abstract

Buggy bevattende een onderstel en een kuip, waarbij de kuip gevormd is als zitje voor een kind, waarbij het onderstel een rigide frame bevat en dat de kuip uit één stuk gevormd is in een EPP materiaal en vast gemonteerd is op het onderstel.Buggy comprising a chassis and a shell, the shell being shaped as a seat for a child, the chassis comprising a rigid frame and the shell being formed in one piece from an EPP material and being fixedly mounted to the chassis.

Description

BuggyBuggy

De uitvinding heeft betrekking op een buggy. Een buggy is gedefinieerd als een wandelwagen voor het vervoeren van kinderen. Een buggy heeft typisch een onderstel met wielen, een zit- of liggedeelte voor een kind en een handvat voor het hanteren van de buggy.The invention relates to a buggy. A buggy is defined as a stroller for transporting children. A buggy typically has a chassis with wheels, a seat or lying area for a child and a handle for handling the buggy.

Wanneer een volwassen persoon zich met een kind verplaatst, ongeacht de context zoals naar de winkel gaan, een wandeling maken, een pretpark bezoeken, op familiebezoek gaan, enzovoort, wordt vaak een buggy gebruikt. De buggy is voorzien van een zit- en/of liggedeelte waarin het kind kan geplaatst worden en typisch kan vastgemaakt worden. Daarnaast is de buggy handig om spullen al dan niet gerelateerd aan de verzorging van het kind mee te vervoeren.When an adult person moves with a child, regardless of the context such as going to the store, taking a walk, visiting an amusement park, visiting family, etc., a buggy is often used. The buggy is equipped with a seat and/or lying area in which the child can be placed and typically can be secured. In addition, the buggy is useful for transporting items related to the care of the child or not.

Buggy’s zijn op de markt te krijgen in vele vormen, maten en kleuren en kunnen typisch mgeklapt worden om compact opgeslagen en getransporteerd te worden. Daarbij is de meerderheid van de buggy’s ontworpen om een goede balans te vinden tussen compact, handig en goedkoop.Buggies are available in many shapes, sizes and colours and can typically be folded for compact storage and transport. In addition, the majority of buggies are designed to strike a balance between compact, convenient and economical.

Het doel van de uitvinding is om een buggy te voorzien die geoptimaliseerd is voor gedeeld gebruik. Een verder doel van de uitvinding is om een buggy te voorzien die geoptimaliseerd is om verhuurd te worden.The object of the invention is to provide a buggy that is optimized for shared use. A further object of the invention is to provide a buggy that is optimized for rental.

Hiertoe voorziet de uitvinding in een buggy bevattende een onderstel en een kuip, waarbij de kuip gevormd is als zitje voor een kind, daardoor gekenmerkt dat het onderstel een rigide frame bevat en dat de kuip uit één stuk gevormd is in een EPP materiaal en vast gemonteerd is op het onderstel.To this end, the invention provides a buggy comprising a chassis and a seat, the seat being shaped as a seat for a child, characterised in that the chassis comprises a rigid frame and that the seat is formed in one piece from an EPP material and is fixedly mounted on the chassis.

Tests en simulaties hebben uitgewezen dat een rigide frame met daarop een EPP kuip uiterst eenvoudig te vervaardigen, monteren, onderhouden en reinigen is. Dit zijn allemaal belangrijke voorwaarden om gedeeld gebruik mogelijk te maken. Verder is een rigide frame met daarop een EPP kuip weerbestendig. Een verder voordeel is dat EPP een isolerend materiaal is zodanig dat het EPP niet koud aanvoelt en geen vocht opneemt zelfs wanneer het lang in een koude en vochtige omgeving gestaan heeft. Dat laat toe de buggy buiten te laten staan, bijvoorbeeld in een stalling van een publiek of privaat terrein waar mensen met kinderen komen, hetgeen de buggy geschikt maakt voor verhuur. Een EPP kuip is tegelijk stevig en comfortabel.Tests and simulations have shown that a rigid frame with an EPP shell is extremely easy to manufacture, assemble, maintain and clean. These are all important conditions for making shared use possible. Furthermore, a rigid frame with an EPP shell is weatherproof. Another advantage is that EPP is an insulating material, so that the EPP does not feel cold and does not absorb moisture, even when it has been in a cold and damp environment for a long time. This allows the buggy to be left outside, for example in a shed on a public or private property where people come with children, which makes the buggy suitable for rental. An EPP shell is both sturdy and comfortable.

Bij voorkeur heeft de kuip aan weerszijden een verstevigingsbalk die zich over de volledige lengte van de kuip uitstrekt. Door verstevigingsbalken aan weerszijden te voorzien, kan een stevige EPP kuip gevormd worden die eenvoudig met het rigide frame kan bevestigd worden.Preferably, the tub has a reinforcement beam on both sides that extends over the entire length of the tub. By providing reinforcement beams on both sides, a sturdy EPP tub can be formed that can be easily attached to the rigid frame.

De verstevigingsbalken kunnen gekromd zijn zodat de afstand tussen de verstevigingsbalken bovenaan en onderaan kleiner is dan in het midden. De verstevigingsbalken lopen bij voorkeur parallel met dragers van het rigide frame zodat de kuip met de verstevigingsbalken rust op deze dragers. Hiertoe hebben de dragers bij voorkeur nagenoeg dezelfde kromming dan de verstevigingsbalken. Verder bij voorkeur zijn verbindingen voorzien om de verstevigingsbalken met het rigide frame te voorzien.The reinforcement beams can be curved so that the distance between the reinforcement beams at the top and bottom is smaller than in the middle. The reinforcement beams preferably run parallel to the supports of the rigid frame so that the tub with the reinforcement beams rests on these supports. To this end, the supports preferably have approximately the same curvature as the reinforcement beams. Furthermore, connections are preferably provided to provide the reinforcement beams with the rigid frame.

Bij voorkeur strekt de voorzijde van de kuip zich nagenoeg in 1 vlak uit. Dit zorgt enerzijds voor een esthetische vormgeving en vergemakkelijkt anderzijds het productieproces. EPP wordt in een matrijs gevormd. Het voorzien van een matrijs voor een kuip waarbij de voorzijde van de kuip zich in 1 vlak uitstrekt, is noemenswaardig eenvoudiger en reduceert de complexiteit en daarmee ook de kostprijs van de matrijs.Preferably, the front of the tub extends almost in 1 plane. On the one hand, this ensures an aesthetic design and on the other hand, simplifies the production process. EPP is formed in a mold. Providing a mold for a tub in which the front of the tub extends in 1 plane is considerably simpler and reduces the complexity and thus also the cost price of the mold.

Bij voorkeur heeft de kuip een bovenste segment met een zitgedeelte en een onderste segment met een voetensteun. Het in één geheel vormen van het zitgedeelte en de voetensteun vereenvoudigt het productieproces van de buggy. Bij voorkeur vertoont de kuip een opening tussen de voetensteun en het zitgedeelte. Meer bij voorkeur zijn de voetensteun en het zitgedeelte van de kuip gevormd door balkvormige verbindingen tussen de verstevigingsbalken, welke balkvormige verbindingen zich bij voorkeur parallel uitstrekken. Het zitgedeelte is verder verbonden met een rugsteun die zich vanaf het zitgedeelte als een kuip opwaarts uitstrekt tussen de verstevigingsbalken. Door zowel het zitgedeelte, de voetensteun alsook de rugsteun in één stuk te vervaardigen uit EPP, wordt zowel het comfort voor het kind alsook het gebruik en onderhoud van de buggy verbeterd.Preferably, the shell has an upper segment with a seat and a lower segment with a footrest. Forming the seat and footrest in one piece simplifies the production process of the buggy. Preferably, the shell has an opening between the footrest and the seat. More preferably, the footrest and the seat of the shell are formed by beam-shaped connections between the reinforcement beams, which beam-shaped connections preferably extend parallel. The seat is further connected to a backrest that extends upwards from the seat as a shell between the reinforcement beams. By manufacturing the seat, footrest and backrest in one piece from EPP, both the comfort for the child and the use and maintenance of the buggy are improved.

Bij voorkeur verbindt het frame een set wielen met een drager voor de kuip, waarbij het frame verder een handvat heeft voor het hanteren van de buggy. Verder bij voorkeur is de set wielen verbonden met een U-vormig of V-vormig framedeel waarbij een achterste set vaste wielen verbonden zijn met einden van de benen van het U-vormig of V-vormig framedeel en waarbij een voorste set zwenkwielen verder verbonden zijn met het U-vormig of V-vormig framedeel, waarbij de dwarsafstand tussen de voorste set zwenkwielen kleiner is dan de dwarsafstand tussen de achterste set wielen zodat de voorste set zwenkwielen van een eerste buggy past tussen een achterste set vaste wielen van een tweede buggy. De voorste set zwenkwielen kan uit één of meerdere zwenkwielen bestaan. Zo kan de buggy gevormd worden met één centraal voorwiel dat zwenkt, of kan de buggy gevormd worden met twee naast elkaar geplaatste voorwielen die beide zwenken. Door het frame U-vormig of V-vormig te maken, de achterste wielen met de uiteinden van de benen van de U-vorm of V-vorm te verbinden en door de voorkant van het frame smaller te maken dan de achterkant, kunnen de voorste wielen van een eerste buggy tussen de achterste wielen van een tweede buggy gereden worden en kunnen meerdere buggy’s gedeeltelijk in elkaar geschoven worden. Dit vergemakkelijkt het op een ordelijke manier opslaan in bijvoorbeeld een stalling van meerdere buggy’s, hetgeen belangrijk is voor gedeeld gebruik en voor verhuur.Preferably, the frame connects a set of wheels to a carrier for the tub, the frame further having a handle for handling the buggy. Further preferably, the set of wheels is connected to a U-shaped or V-shaped frame section, a rear set of fixed wheels being connected to ends of the legs of the U-shaped or V-shaped frame section and a front set of castor wheels being further connected to the U-shaped or V-shaped frame section, the transverse distance between the front set of castor wheels being smaller than the transverse distance between the rear set of wheels so that the front set of castor wheels of a first buggy fits between a rear set of fixed wheels of a second buggy. The front set of castor wheels may consist of one or more castor wheels. For example, the buggy may be formed with one central front wheel that swivels, or the buggy may be formed with two front wheels placed next to each other that both swivel. By making the frame U-shaped or V-shaped, connecting the rear wheels to the ends of the legs of the U-shape or V-shape and making the front of the frame narrower than the back, the front wheels of a first buggy can be driven between the rear wheels of a second buggy and several buggies can be partially pushed into each other. This facilitates tidy storage in, for example, a garage for several buggies, which is important for shared use and for rental.

Bij voorkeur is binnen het U-vormige of V-vormige frame een bagagedrager voorzien, welke bagagedrager ter plaatse van de voorste set zwenkwielen scharnierend met het frame verbonden is en welke bagagedrager ter plaatse van de achterste set vaste wielen los door het frame ondersteund wordt. Een bagagedrager verhoogt sterk het gebruiksgemak van de buggy.Preferably, a luggage carrier is provided within the U-shaped or V-shaped frame, which luggage carrier is hinged to the frame at the location of the front set of swivel wheels and which luggage carrier is loosely supported by the frame at the location of the rear set of fixed wheels. A luggage carrier greatly increases the ease of use of the buggy.

Meer bepaald zal de bagagedrager mogelijk maken om de ruimte onder het zitje efficiënt te gebruiken. De bagagedrager kan gevormd zijn door een kunststof plaat of kunststof bak die in hetIn particular, the luggage carrier will allow the space under the seat to be used efficiently. The luggage carrier can be formed by a plastic plate or plastic container that fits into the

U-vormige of V-vormige frame past. De kunststof plaat of kunststof bak kan optioneel een bodem hebben die door een gaas of net gevormd wordt. Door de bagagedrager scharnierend te voorzien, kan de bagagedrager omhoog scharnieren en daarmee plaats maken voor de voorste wielen van een verdere buggy die in de buggy geschoven wordt.U-shaped or V-shaped frame fits. The plastic plate or plastic box can optionally have a bottom formed by a mesh or net. By providing the luggage carrier with a hinge, the luggage carrier can hinge upwards and thus make room for the front wheels of a further buggy that is slid into the buggy.

Bij voorkeur is de bagagedrager compatibel gevormd met een neus van de buggy zodanig dat wanneer een eerste buggy met zijn neus onder de bagagedrager van een tweede buggy wordt gereden, laatstgenoemde bagagedrager door de neus van de eerste buggy omhoog gescharnierd wordt. Daarbij komt de neus van de buggy bij voorkeur lager dan een achterste rand van de bagagedrager wanneer de bagagedrager in zijn onderste positie staat. Verder staat de neus van de buggy bij voorkeur onder een hoek en opzichte van de verticale as. Dit zorgt ervoor dat de neus, door de hoek en doordat de neus onder de achterste rand komt, de achterste rand omhoog duwt wanneer de neus van de eerste buggy richting de bagagedrager van de tweede buggy wordt bewogen. Dit zorgt ervoor de meerdere buggy’s comfortabel en zonder extra manuele handeling in elkaar geschoven kunnen worden. Zo kan een horizontale ‘stapel’ gemaakt worden van meerdere buggy's. Ook tijdens transport van meerdere buggy’s is het een pluspunt dat ze horizontaal gestapeld kunnen worden.Preferably, the luggage carrier is shaped to be compatible with a nose of the buggy in such a way that when a first buggy is driven with its nose under the luggage carrier of a second buggy, the latter luggage carrier is hinged upwards by the nose of the first buggy. In addition, the nose of the buggy is preferably lower than a rear edge of the luggage carrier when the luggage carrier is in its lowest position. Furthermore, the nose of the buggy is preferably at an angle and relative to the vertical axis. This ensures that the nose, through the angle and because the nose comes under the rear edge, pushes the rear edge upwards when the nose of the first buggy is moved towards the luggage carrier of the second buggy. This ensures that the multiple buggies can be pushed into each other comfortably and without additional manual action. In this way, a horizontal 'stack' can be made of multiple buggies. It is also an advantage during transport of multiple buggies that they can be stacked horizontally.

Bij voorkeur heeft de bagagedrager een meerijdplank die zich tussen de achterste set wielen uitstrekt en voorzien is om aan weerszijden op de benen van het U-vormig of V-vormig framedeel te rusten. De meerijdplank zorgt voor een verhoogd gebruiksgemak en verbetert de stevigheid van de buggy.Preferably, the luggage carrier has a ride-along board that extends between the rear set of wheels and is provided to rest on the legs of the U-shaped or V-shaped frame section on either side. The ride-along board provides increased ease of use and improves the sturdiness of the buggy.

Bij voorkeur hebben de achterwielen een remmechanisme dat mechanisch contact maakt met de bagagedrager wanneer deze zich in zijn onderste positie bevindt om het remmechanisme te ontkoppelen, waarbij het remmechanisme remt wanneer de bagagedrager omhoog gescharnierd is. Door de rem te ontkoppelen bij het in de onderste positie brengen van de bagagedrager, komt de buggy automatisch in een gebruiksmodus. Andersom zal, door de rem te bekrachtigen bij het omhoog duwen van de bagagedrager, de buggy stevig blijven staan. Dit verhoogt het gebruiksgemak en verhoogt het gemak bij het in elkaar schuiven van de ene buggy n de andere buggy.Preferably, the rear wheels have a brake mechanism that mechanically contacts the luggage carrier when it is in its lowest position to disengage the brake mechanism, whereby the brake mechanism brakes when the luggage carrier is hinged upwards. By disengaging the brake when moving the luggage carrier to its lowest position, the buggy automatically enters a use mode. Conversely, by activating the brake when pushing the luggage carrier upwards, the buggy will remain firmly in place. This increases ease of use and increases the convenience of sliding one buggy into another.

Bij voorkeur is het frame voorzien van een zonnekap die zich minstens gedeeltelijk over de kuip uitstrekt. De zonnekap heeft verder bij voorkeur een doorkijkluik, zodat een volwassene die zich achter de buggy, aan het handvat, bevindt door het doorkijkluik naar het kind in de buggy kan kijken. Het doorkijkluik kan vervaardigd zijn uit een doorzichtige kunststof, of kan gevormd worden door een opening in de zonnekap. De zonnekap vormt tevens een afscherming bij voor regen, sneeuw en wind. De zonnekap wordt bij voorkeur vast voorzien op het frame. De zonnekap kan vervaardigd zijn uit een harde kunststof of uit metaal.The frame is preferably fitted with a sun canopy that extends at least partially over the seat. The sun canopy preferably also has a viewing hatch, so that an adult standing behind the buggy, at the handle, can look through the viewing hatch at the child in the buggy. The viewing hatch can be made of transparent plastic, or can be formed by an opening in the sun canopy. The sun canopy also provides protection against rain, snow and wind. The sun canopy is preferably fixed to the frame. The sun canopy can be made of hard plastic or metal.

Bij voorkeur bevat het frame een identificatiemechanisme, positie- detectiemechanisme, een digitaal communicatiemechanisme en outputmechanisme gekozen uit een auditief, visueel en tactiel mechanisme zodanig dat gebruik door emdgebruikers van de buggy voor een eigenaar digitaal beheerbaar is. Het beheren van het gebruik door een eigenaar van meerdere buggy’s is mogelijk via een digitaal backend systeem. Dit backend systeem verzamelt de locaties van de buggy's. Via dit backend systeem kunnen eindgebruikers gebruik van een buggy registreren en kan de eigenaar dit gebruik afrekenen. Via het outputmechanisme kan een gebruiker geïnformeerd worden over correct en/of incorrect gebruik van de buggy. Het identificatiemechanisme, bijvoorbeeld een QR-code, barcode, NFC chip of gelijksoortig middel, laat toe elke buggy uniek te identificeren en laat terugkoppeling naar een backend systeem toe. In het bijzonder in combinatie met het digitaal communicatiemechanisme kan een eigenaar volledige controle uitoefenen over de buggy door signalen te sturen en daarmee het outputmechanisme te bedienen. Het positie-detectiemechanisme laat toe intensiteit van gebruik van wegen, doorgangen en andere infrastructuur te meten. Ook drukte van wegen en knooppunten kan gemeten worden zodat infrastructuur doelgericht kan verbeterd worden. Anders gezegd kunnen veel gebruikte wegen, doorgangen en knooppunten vergroot worden of op andere manieren geoptimaliseerd worden voor veelvuldig gebruik.Preferably, the frame contains an identification mechanism, position detection mechanism, a digital communication mechanism and an output mechanism selected from an auditory, visual and tactile mechanism such that use by end users of the buggy is digitally manageable for an owner. Managing the use by an owner of multiple buggies is possible via a digital backend system. This backend system collects the locations of the buggies. Via this backend system, end users can register the use of a buggy and the owner can settle this use. Via the output mechanism, a user can be informed about correct and/or incorrect use of the buggy. The identification mechanism, for example a QR code, barcode, NFC chip or similar means, allows each buggy to be uniquely identified and allows feedback to a backend system. In particular in combination with the digital communication mechanism, an owner can exercise full control over the buggy by sending signals and thereby operating the output mechanism. The position detection mechanism allows measuring the intensity of use of roads, passages and other infrastructure. Also, the traffic of roads and junctions can be measured so that infrastructure can be improved in a targeted manner. In other words, heavily used roads, passages and junctions can be enlarged or otherwise optimised for frequent use.

Verder bij voorkeur bevat het frame minstens één van trilling sensoren en beweging sensoren. In het bijzonder in combinatie met een positie-detectiemechanisme laten deze trilling en/of beweging sensoren toe om de staat van een ondergrond te meten. Dit kan interessante en waardevolle nformatie zijn voor steden, parken, bedrijven of andere instanties die voor onderhoud verantwoordelijk zijn en/of die in kwaliteit van mfrastructuur geïnteresseerd zijn.Furthermore, preferably the frame contains at least one of vibration sensors and motion sensors. In particular in combination with a position detection mechanism, these vibration and/or motion sensors allow to measure the condition of a subsurface. This can be interesting and valuable information for cities, parks, companies or other institutions responsible for maintenance and/or interested in the quality of infrastructure.

Verder is informatie over trillingen en bewegingen, gemeten in de buggy, indicatief voor de intensiteit van het gebruik en aldus ook voor de slijtage van de buggy. Deze informatie laat aldus toe om proactief onderhoud en herstellimgen uit te voeren. Hierdoor is uitval minimaal en kan het rendement van de buggy verder geoptimaliseerd worden.Furthermore, information about vibrations and movements, measured in the buggy, is indicative of the intensity of use and thus also of the wear of the buggy. This information thus allows proactive maintenance and repairs to be carried out. As a result, downtime is minimal and the efficiency of the buggy can be further optimized.

De uitvinding zal nu nader worden beschreven aan de hand van een of meerdere in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeelden.The invention will now be described in more detail with reference to one or more exemplary embodiments shown in the drawings.

In de tekening laat: figuur 1 een uitvoeringsvorm zien van een buggy volgens een voorkeurs uitvoeringsvorm van de uitvinding; figuur 2 een kuip zien van de voorkeurs uitvoeringsvorm van figuur 1; 5 figuur 3 een onderstel zien van de voorkeurs uitvoeringsvorm van figuur 1; figuur 4 zien hoe twee buggy’s volgens de uitvinding horizontaal gestapeld kunnen worden; figuur 5 een klikmechanisme zien dat geschikt is om een kuip met een onderstel te verbinden; en figuur 6 een verbindingsmechanisme zien dat geschikt is om onderdelen van een onderstel met elkaar te verbinden.In the drawing: figure 1 shows an embodiment of a buggy according to a preferred embodiment of the invention; figure 2 shows a tub of the preferred embodiment of figure 1; figure 3 shows a chassis of the preferred embodiment of figure 1; figure 4 shows how two buggies according to the invention can be stacked horizontally; figure 5 shows a click mechanism that is suitable for connecting a tub to a chassis; and figure 6 shows a connecting mechanism that is suitable for connecting parts of a chassis to each other.

In de tekening is aan eenzelfde of analoog element eenzelfde verwijzingscijfer toegekend.In the drawing, the same or similar element is assigned the same reference number.

Figuur 1 toont een buggy 1. De buggy 1 heeft een onderstel 2 en een kuip 3. De kuip 3 is vast op het onderstel 2 bevestigd. Verder is een zonnekap 4 vast met het onderstel 2 bevestigd om minstens een deel van de kuip 3 af te dekken. In de zonnekap 4 kan een doorkijkluik 21 voorzien worden, bij voorkeur centraal bovenaan, uit een doorzichtige kunststof. Alternatief kan het doorkijkluik 21 als opening gevormd worden in de zonnekap 4. Het zal duidelijk zijn dat het woord zonnekap 4 slechts beschrijvend is voor één mogelijke functie van de betreffende kap, en dat de zonnekap 4 ook andere functies heeft zoals beschermen tegen regen, wind, sneeuw en andere externe invloeden. Het woord zonnekap 4 is daarom niet beperkend en elke kap die in omstandigheden beschermt tegen de zon, ook al zou ze primair een ander doel hebben, zal beschouwd worden als zonnekap 4.Figure 1 shows a buggy 1. The buggy 1 has a chassis 2 and a seat 3. The seat 3 is fixed to the chassis 2. Furthermore, a sun canopy 4 is fixed to the chassis 2 to cover at least a part of the seat 3. A viewing hatch 21 can be provided in the sun canopy 4, preferably centrally at the top, made of a transparent plastic. Alternatively, the viewing hatch 21 can be formed as an opening in the sun canopy 4. It will be clear that the word sun canopy 4 is only descriptive of one possible function of the hood in question, and that the sun canopy 4 also has other functions such as protection against rain, wind, snow and other external influences. The word sun canopy 4 is therefore not limitative and any hood that protects against the sun under certain circumstances, even if it primarily has a different purpose, will be considered as sun canopy 4.

Het onderstel 2 strekt zich opwaarts uit en heeft een handvat 5 zodat de buggy kan gehanteerd worden door een persoon. Het onderstel 2 is voorzien van twee voorste zwenkwielen 6.The chassis 2 extends upwards and has a handle 5 so that the buggy can be handled by one person. The chassis 2 is provided with two front castor wheels 6.

Alternatief kan ook één centraal gepositioneerd voorste zwenkwiel voorzien zijn. Verder is het onderstel 2 voorzien van twee achterste wielen 7. De achterste wielen 7 zijn vast verbonden, via een rotatie-as die normale rotatie van de wielen 7 toelaat, met het onderstel 2. Het onderstel 2 is voorzien om de kuip 3 te dragen. Onder de kuip 3, tussen de wielen 6 en 7, is bij voorkeur een bagagedrager 8 voorzien. De bagagedrager 8 is bij voorkeur gevormd als een harde kunststof bak waarvan minstens een gedeelte van de randen passen op het frame van het onderstel 2 om daarop te rusten.Alternatively, one centrally positioned front castor wheel may be provided. Furthermore, the chassis 2 is provided with two rear wheels 7. The rear wheels 7 are fixedly connected, via a rotation axis that allows normal rotation of the wheels 7, to the chassis 2. The chassis 2 is provided to support the tub 3. Under the tub 3, between the wheels 6 and 7, a luggage carrier 8 is preferably provided. The luggage carrier 8 is preferably shaped as a hard plastic container, at least part of the edges of which fit onto the frame of the chassis 2 to rest thereon.

De kuip 3 is in één stuk gevormd uit EPP, geëxpandeerd polypropyleen wat een partikelschuimstof op polypropeenbasis is. De kuip 3 heeft een bovenste segment met een zitgedeelte 11 en een rugsteun 12. De kuip 3 heeft verder een onderste segment met en voetensteunThe shell 3 is formed in one piece from EPP, expanded polypropylene which is a polypropylene based particle foam. The shell 3 has an upper segment with a seat 11 and a backrest 12. The shell 3 also has a lower segment with a footrest

10. De kuip 3 heeft aan weerskanten een verstevigmgsbalk 9. De verstevigingsbalken geven de kuip 3 weerstand tegen doorbuiging. Verder zijn de verstevigingsbalken 9 voorzien om op overeenstemmende draagbalken van het onderstel 2 te rusten om zo de positie van de kuip 3 ten opzichte van het onderstel 2 te bepalen. Doordat de verstevigingsbalken 9 zich uitstrekken van bovenaan tot onderaan de kuip 3, en doordat de verstevigingsbalken 9 nagenoeg over de volledige lengte rusten op het onderstel 2, worden krachten die aangrijpen op de kuip 3 en wordt gewicht dat zich in de kuip 3 bevindt, verdeeld over een groot contactvlak tussen kuip 3 en onderstel 2 zodat piekkrachten of puntkrachten die de kuip 3 kunnen kapot maken kunnen vermeden worden.10. The tub 3 has a stiffening beam 9 on each side. The stiffening beams provide the tub 3 with resistance to bending. Furthermore, the stiffening beams 9 are provided to rest on corresponding support beams of the chassis 2 in order to determine the position of the tub 3 relative to the chassis 2. Because the stiffening beams 9 extend from the top to the bottom of the tub 3, and because the stiffening beams 9 rest on the chassis 2 for almost their entire length, forces acting on the tub 3 and weight in the tub 3 are distributed over a large contact surface between the tub 3 and the chassis 2 so that peak forces or point forces that could damage the tub 3 can be avoided.

De voetensteun 10 is gevormd door een balk die de verstevigmgsbalken 9 met elkaar verbinden ter plaatse van de onderzijde van de kuip 3. Het zitgedeelte 11 is gevormd door een balk die de verstevigingsbalken 9 met elkaar verbinden in een middenzone van de kuip 3. Het balkvormige zitgedeelte 11 strekt zich bij voorkeur in dezelfde richting uit dan de voetensteun 10 om het uit een matrijs halen van de kuip 3 uit één stuk te vergemakkelijken. De frontale zijde van de kuip 3, gevormd door de versteviginmgsbalken 9, het zitgedeelte 11 en de voetensteun 10 strekt zich bij voorkeur in één vlak uit. Ook dit maakt vervaardigmg in een matrijs gemakkelijker.The footrest 10 is formed by a beam connecting the reinforcement beams 9 to each other at the bottom of the shell 3. The seat section 11 is formed by a beam connecting the reinforcement beams 9 to each other in a middle zone of the shell 3. The beam-shaped seat section 11 preferably extends in the same direction as the footrest 10 to facilitate the removal of the shell 3 in one piece from a mold. The frontal side of the shell 3, formed by the reinforcement beams 9, the seat section 11 and the footrest 10 preferably extends in one plane. This also makes manufacturing in a mold easier.

Tussen het zitgedeelte 11 en de voetensteun 10 is de kuip open 13. In het bovenste segment heeft de kuip 3 een rugsteun 12 die zich opwaarts en aan de achterzijde van het zitgedeelte tussen de twee verstevigingsbalken 9 uitstrekt om als steun voor de rug van een kind te dienen. Het zitgedeelte 11 en de rugsteun 12 is bij voorkeur ergonomisch vormgegeven. Bij voorkeur, zoals weergegeven in figuur 1, wordt een riem voorzien om een kind vast te maken in de buggy. Daarbij dient de riem om te verhinderen dat een kind uit de buggy valt. Dit principe is bekend en wordt daarom niet verder toegelicht in deze beschrijving.Between the seat section 11 and the footrest 10, the shell is open 13. In the upper segment, the shell 3 has a backrest 12 that extends upwards and at the rear of the seat section between the two reinforcement beams 9 to serve as a support for the back of a child. The seat section 11 and the backrest 12 are preferably ergonomically designed. Preferably, as shown in figure 1, a belt is provided to fasten a child in the buggy. The belt serves to prevent a child from falling out of the buggy. This principle is known and is therefore not further explained in this description.

Figuur 2 toont een detail van de kuip 3 uit figuur 1. De kuip 3 is in één stuk gevormd uit EPP. De verstevigingsbalken 9 strekken zich nagenoeg volledig van boven tot beneden uit, hebben een breedte van minstens 30 mm, bij voorkeur minstens 40 mm, meer bij voorkeur minstens 50 mm. In het onderste segment hebben de verstevigingsbalken 9 een hoogte, gemeten loodrecht op het frontale vlak, van minstens 60 mm, bij voorkeur minstens 80 mm, meer bij voorkeur minstens 100 mm. In het bovenste segment hebben de verstevigingsbalken 9 een hoogte, gemeten loodrecht op het frontale vlak, van minstens 80 mm, bij voorkeur minstens 100 mm, meer bij voorkeur minstens 120 mm. In gemonteerde toestand strekken de verstevigingsbalken 9 zich opwaarts uit onder een hoek gelegen tussen 45 graden en 80 graden ten opzichte van de horizontale richting, bij voorkeur tussen de 55 graden en 70 graden.Figure 2 shows a detail of the tub 3 from figure 1. The tub 3 is formed in one piece from EPP. The reinforcement beams 9 extend almost completely from top to bottom, have a width of at least 30 mm, preferably at least 40 mm, more preferably at least 50 mm. In the lower segment, the reinforcement beams 9 have a height, measured perpendicular to the frontal plane, of at least 60 mm, preferably at least 80 mm, more preferably at least 100 mm. In the upper segment, the reinforcement beams 9 have a height, measured perpendicular to the frontal plane, of at least 80 mm, preferably at least 100 mm, more preferably at least 120 mm. In the mounted state, the reinforcement beams 9 extend upwards at an angle between 45 degrees and 80 degrees with respect to the horizontal direction, preferably between 55 degrees and 70 degrees.

De voetensteun 10 verbindt de verstevigmgsbalken 9 aan een onderzijde. De balkvormige voetensteun is in gemonteerde toestand hoofdzakelijk vlak en nagenoeg horizontaal bovenaan. De voetensteun heeft een dikte, gemeten in opwaartse richting, van minstens 20 mm, bij voorkeur minstens 30 mm, meer bij voorkeur minstens 40 mm en heeft een dikte, gemeten in horizontale richting, van minstens 60 mm, bij voorkeur minstens 80 mm, meer bij voorkeur minstens 100 mm.The footrest 10 connects the reinforcement beams 9 on a bottom side. The beam-shaped footrest is, in the assembled state, mainly flat and almost horizontal at the top. The footrest has a thickness, measured in an upward direction, of at least 20 mm, preferably at least 30 mm, more preferably at least 40 mm and has a thickness, measured in a horizontal direction, of at least 60 mm, preferably at least 80 mm, more preferably at least 100 mm.

Het zitgedeelte 11 verbindt de verstevigmgsbalken 9 aan een onderzijde. Het balkvormige zitgedeelte is in gemonteerde toestand bovenaan hoofdzakelijk vlak en nagenoeg horizontaal. Het zitgedeelte 11 heeft een dikte, gemeten in opwaartse richting, van minstens 40 mm, bij voorkeur minstens 50 mm, meer bij voorkeur minstens 60 mm en heeft een dikte, gemeten in horizontale richting, van minstens 80 mm, bij voorkeur minstens 100 mm, meer bij voorkeur minstens 120 mm.The seat section 11 connects the reinforcement beams 9 on a bottom side. The beam-shaped seat section is, in the assembled state, substantially flat at the top and almost horizontal. The seat section 11 has a thickness, measured in an upward direction, of at least 40 mm, preferably at least 50 mm, more preferably at least 60 mm and has a thickness, measured in a horizontal direction, of at least 80 mm, preferably at least 100 mm, more preferably at least 120 mm.

Bovenaan zijn de verstevigmgsbalken 9 optioneel ook verbonden met een verbindingsbalk. De bovenzijde van de rugsteun 12 kan ook met deze verbindingsbalk verbonden zijn om zo een zitkuip te vormen.At the top, the reinforcement beams 9 are optionally also connected to a connecting beam. The top of the backrest 12 can also be connected to this connecting beam to form a seat shell.

Figuur 3 toont het onderstel 2. Het onderstel 2 heeft onderaan een V-vormig of U- vormig frame met twee benen 14. Aan de uiteinden van de twee benen 14 zijn de achterste wielen 7 verbonden. Vooraan het V-vormig of U-vormig frame zijn de twee voorste wielen 6 voorzien. De twee voorste wielen 6 zijn bij voorkeur zwenkwielen zodat de wielen naast roteren om hun wielas ook kunnen roteren om een opstaande as om zo de wendbaarheid van de buggy te vergroten.Figure 3 shows the chassis 2. The chassis 2 has a V-shaped or U-shaped frame with two legs 14 at the bottom. The rear wheels 7 are connected to the ends of the two legs 14. The two front wheels 6 are provided at the front of the V-shaped or U-shaped frame. The two front wheels 6 are preferably swivel wheels so that the wheels can rotate around an upright axle in addition to rotating around their wheel axis, thus increasing the manoeuvrability of the buggy.

Ter plaatse van de voorzijde van het V-vormig of U-vormig frame zijn dragers 18 voorzien die zich opwaarts onder een hoek naar boven uitstrekken tot bij het handvat 5. Ter plaatse van de uiteinden van de twee benen 14 zijn frame-elementen voorzien die zich opwaarts onder een hoek uitstrekken om de dragers 18 te kruisen en zo te ondersteunen en tot bij een beugel. De beugel is gepositioneerd om zich voor het zitgedeelte 11 en de rugsteun 12 van de kuip uit te strekken om zo een barrière te vormen. Optioneel kan de beugel geopend worden om toegang tot de buggy te vergemakkelijken. Tussen de dragers 18 kunnen zich, ter plaatse van de rugsteun 12, rugdragers 19 uitstrekken om gewicht in de kuip over te dragen naar het onderstel 2.At the front of the V-shaped or U-shaped frame, supports 18 are provided which extend upwards at an angle to the handle 5. At the ends of the two legs 14, frame elements are provided which extend upwards at an angle to cross and thus support the supports 18 and to a bracket. The bracket is positioned to extend in front of the seat 11 and the backrest 12 of the shell to form a barrier. Optionally, the bracket can be opened to facilitate access to the buggy. Between the supports 18, at the backrest 12, back supports 19 can extend to transfer weight in the shell to the chassis 2.

Figuur 3 toont verder hoe de bagagedrager is voorzien tussen de benen 14 van hetFigure 3 further shows how the luggage carrier is provided between the legs 14 of the

V-vormig of U-vormig frame. De bagagedrager is met scharnieren 16 aan de voorzijde van het V- vormig of U-vormig frame voorzien. Verder is de bagagedrager voorzien van zijranden die op de benen 14 van het V-vormig of U-vormig frame kunnen rusten om zo het gewicht van de bagagedrager te verdelen over het onderstel 2. De achterrand van de bagagedrager 8 is bij voorkeur gevormd door een meerijdplank 15. De meerijdplank 15 laat toe een extra kind mee te laten rijden met de buggy. Deze meerijdplank 15 kan ook andere functies hebben.V-shaped or U-shaped frame. The luggage carrier is provided with hinges 16 at the front of the V-shaped or U-shaped frame. Furthermore, the luggage carrier is provided with side edges that can rest on the legs 14 of the V-shaped or U-shaped frame in order to distribute the weight of the luggage carrier over the chassis 2. The rear edge of the luggage carrier 8 is preferably formed by a ride-along board 15. The ride-along board 15 allows an extra child to ride along with the buggy. This ride-along board 15 can also have other functions.

Figuur 4 toont een zijaanzicht van twee buggy’s volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding. De twee buggy’s zijn getoond in een horizontaal gestapelde positie. Dit wil zeggen dat een neus van een achterste buggy 1B onder een achterkant van een voorste buggy 1A geschoven is. Het gevolg is dat de totale lengte van de combinatie van buggy's kleiner is dan de som van de lengtes van de twee individuele buggy’s. Anders gezegd komt het voorwiel van de achterste buggy, aangeduid in de figuur met referentiecijfer 6B in zijaanzicht tussen het voorwiel en achterwiel van de voorste buggy, aangeduid in de figuur met referentiecijfers 6A en 7A, respectievelijk. Om dit mogelijk te maken duwt de neus 20B van de achterste buggy de meerijdplank 15A van de voorste buggy omhoog zodat de neus 20B en het voorwiel 6B van de achterste buggy niet gehinderd wordt door de bagagedrager 8A en meerijdplank 15A van de voorste buggy. Omdat de achterwielen 7 van de buggy’s verbonden zijn met emden van benen van een U-vormig of V-vormig frame, strekt zich tussen de achterwielen 7 geen framedeel uit dat verhindert dat een achterste buggy minstens gedeeltelijk tussen de achterwielen 7 van een voorste buggy mschuift of inrijdt. De figuur toont verder hoe het handvat van de eerste buggy minstens gedeeltelijk kan overlappen met de zonneklep 4B van de achterste buggy. Anders gezegd kan de zonneklep 4B van de achterste buggy zich minstens gedeeltelijk uitstrekken over het handvat van de voorste buggy.Figure 4 shows a side view of two buggies according to an embodiment of the invention. The two buggies are shown in a horizontally stacked position. That is, a nose of a rear buggy 1B is slid under a rear of a front buggy 1A. As a result, the total length of the combination of buggies is less than the sum of the lengths of the two individual buggies. In other words, the front wheel of the rear buggy, indicated in the figure by reference numeral 6B, comes in side view between the front wheel and rear wheel of the front buggy, indicated in the figure by reference numerals 6A and 7A, respectively. To make this possible, the nose 20B of the rear buggy pushes the ride-along board 15A of the front buggy upwards so that the nose 20B and the front wheel 6B of the rear buggy are not obstructed by the luggage carrier 8A and ride-along board 15A of the front buggy. Since the rear wheels 7 of the buggies are connected to the ends of legs of a U-shaped or V-shaped frame, no frame part extends between the rear wheels 7 that prevents a rear buggy from sliding or driving at least partially between the rear wheels 7 of a front buggy. The figure further shows how the handle of the first buggy can at least partially overlap with the sun visor 4B of the rear buggy. In other words, the sun visor 4B of the rear buggy can extend at least partially over the handle of the front buggy.

De achterwielen 7 van elke buggy hebben bij voorkeur een remmechanisme dat geveerd is om de wielen standaard te remmen. Het geveerde remmechanisme bevat een nok die door de bagagedrager 8 en/of door de meerijdplank 15 wordt mgeduwd in een onderste positie van de bagagedrager 8 en/of meerijdplank 15. Door de nok in te duwen, wordt de rem ontkoppeld en kan de buggy vrij gebruikt worden. De nok (niet weergegeven) kan door een hefboommechanisme of kan rechtstreeks met het geveerde remmechanisme (niet weergegeven) verbonden zijn. Dit is voor de vakman op verschillende manieren uit te werken met basiskennis mechanica, en wordt daarom niet verder toegelicht. In de getoonde figuur 4 zijn de twee bagagedragers van de voorste buggy 1A en van de achterste buggy 1B omhoog gekanteld en zijn dus de remmechanismes van de achterwielen 7A van de voorste buggy en de achterwielen 7B van de achterste buggy bekrachtigd.The rear wheels 7 of each buggy preferably have a brake mechanism that is sprung to brake the wheels as standard. The sprung brake mechanism contains a cam that is pushed by the luggage carrier 8 and/or by the ride-along board 15 into a lower position of the luggage carrier 8 and/or ride-along board 15. By pushing in the cam, the brake is disengaged and the buggy can be used freely. The cam (not shown) can be connected by a lever mechanism or can be directly connected to the sprung brake mechanism (not shown). This can be worked out in various ways for the skilled person with basic knowledge of mechanics, and is therefore not explained further. In the figure 4 shown, the two luggage carriers of the front buggy 1A and of the rear buggy 1B are tilted upwards and the brake mechanisms of the rear wheels 7A of the front buggy and the rear wheels 7B of the rear buggy are therefore powered.

Dit vergemakkelijkt opslag en transport van de buggy’s. Dit laat ook toe om een verdere buggy (niet weergegeven) achterin de getoonde buggy’s te duwen zonder dat de getoonde buggy's vooruit rijden.This makes storage and transportation of the buggies easier. It also allows another buggy (not shown) to be pushed into the back of the buggies shown without the buggies shown moving forward.

Figuur 5 toont een klikmechanisme dat geschikt is om een kuip met een onderstel te verbinden. Het klikmechanisme is in figuur 5a getoond in perspectiefzicht, is in figuur 5b getoond in doorsnede en is in figuur 5c getoond in perspectiefzicht in verbonden toestand. Figuur 5 toont een klikmechanisme dat een haakdeel 22 en een behuizing met geveerde opening 23 bevat.Figure 5 shows a click mechanism suitable for connecting a tub to a base. The click mechanism is shown in perspective view in figure 5a, in cross-section in figure 5b and in perspective view in connected condition in figure 5c. Figure 5 shows a click mechanism comprising a hook part 22 and a housing with spring-loaded opening 23.

De behuizing met geveerde opening 23 bevat de behuizing 24 die een opening 25 heeft. In de opening is een veerdeel 26 voorzien dat geveerd is en waardoor de grootte van de opening 25 minstens gedeeltelijk bepaald wordt. In het veerdeel 26 is een ontkoppelopening 31 voorzien.The housing with spring-loaded opening 23 contains the housing 24 which has an opening 25. In the opening a spring part 26 is provided which is spring-loaded and by which the size of the opening 25 is at least partially determined. In the spring part 26 a decoupling opening 31 is provided.

Figuur 5b toont enkele zaken in meer detail en toont hoe het haakdeel 22 een stam 30 heeft met een kop waaraan een haak 28 gevormd is, welke haak aan zijn kopeinde minstens een schuine zijde 29 heeft. De schuine zijde 29 is compatibel met het veerdeel 26 om tegen het veerdeel 26 te drukken en zo de opening 25 te vergroten wanneer het haakdeel in de opening 25 geduwd wordt. Nadat de haak 28 in de opening 25 zit, zal het veerdeel 26 door de veerkracht de opening verkleimen zodanig dat de haak 28 in de opening 25 gevangen zit. Hierdoor wordt een klikverbinding bekomen. In figuur 5b is getoond hoe het veerdeel 26 in de behuizing 24 met een bladveer 27 verbonden is. De bladveer 27 duwt het veerdeel 26 naar de opening 25 om de opening te verkleinen.Figure 5b shows some things in more detail and shows how the hook part 22 has a stem 30 with a head on which a hook 28 is formed, which hook has at least one slanted side 29 at its head end. The slanted side 29 is compatible with the spring part 26 to press against the spring part 26 and thus enlarge the opening 25 when the hook part is pushed into the opening 25. After the hook 28 is in the opening 25, the spring part 26 will reduce the opening due to the spring force such that the hook 28 is captured in the opening 25. This results in a click connection. Figure 5b shows how the spring part 26 is connected to a leaf spring 27 in the housing 24. The leaf spring 27 pushes the spring part 26 towards the opening 25 to reduce the opening.

De behuizing kan eenvoudig in de EPP kuip 3 bevestigd worden. Hiertoe zijn meerdere mogelijkheden. Ofwel wordt de behuizing verlijmd in een hiertoe voorziene holte in deThe housing can be easily attached to the EPP tub 3. There are several options for this. Either the housing is glued into a cavity provided for this purpose in the

EPP kuip. Alternatief kan de behuizing bij het vervaardigen van de EPP kuip reeds voorzien worden in de matrijs zodat de EPP kuip minstens gedeeltelijk rond de behuizing gemaakt wordt en, door het omsluiten van de behuizing, de verbinding tot stand komt. Verder alternatief kan een schroef, bout, klinknagel of andere verbinding voorzien worden tussen de behuizing en de EPP kuip. Het onderstel kan voorzien worden van haakdelen 22 die gepositioneerd zijn op posities die overeenstemmen met posities van behuizingen 24 in de kuip 3 zodat de kuip op eenvoudige wijze op het onderstel 2 kan geklikt worden door de behuizingen 24 in de kuip over de haakdelen 22 van het onderstel te duwen.EPP shell. Alternatively, the housing can already be provided in the mold during the production of the EPP shell so that the EPP shell is made at least partly around the housing and, by enclosing the housing, the connection is made. Further alternatively, a screw, bolt, rivet or other connection can be provided between the housing and the EPP shell. The base can be provided with hook parts 22 that are positioned at positions that correspond to positions of housings 24 in the shell 3 so that the shell can be easily clicked onto the base 2 by pushing the housings 24 in the shell over the hook parts 22 of the base.

De kuip kan losgemaakt worden van het onderstel door met een ontkoppelorgaan 39, weergegeven in figuur 5c, in de ontkoppelopening 31 van de behuizing met geveerde opening 23 te grijpen en het veerdeel 26 te bewegen tegen de veerkracht van de bladveer 27 in teneinde de opening 25 te vergroten totdat de haak 28 uit de opening kan. Het ontkoppelorgaan 39 is typisch voorzien van een handvat 40. Door de ontkoppelopening 31 van een specifieke vorm te voorzien, wordt een antidiefstalmechanisme bekomen. Meer bepaald wordt een verbinding gerealiseerd die een kwaadwillige gebruiker van de buggy niet zomaar open krijgt terwijl een onderhoudstechnieker met het juiste ontkoppelorgaan 39 de verbinding eenvoudig los krijgt.The tub can be released from the chassis by engaging the release opening 31 of the housing with spring-loaded opening 23 with a release member 39, shown in Figure 5c, and moving the spring member 26 against the spring force of the leaf spring 27 in order to enlarge the opening 25 until the hook 28 can exit the opening. The release member 39 is typically provided with a handle 40. By providing the release opening 31 with a specific shape, an anti-theft mechanism is obtained. In particular, a connection is created that a malicious user of the buggy cannot easily open, while a maintenance technician with the correct release member 39 can easily release the connection.

Hierdoor wordt een duurzame en herbruikbare verbinding gerealiseerd die ook een eenvoudige montage van de kuip 3 op het onderstel 2 toelaat.This creates a durable and reusable connection that also allows easy mounting of the shell 3 on the base 2.

Bij voorkeur zijn de haakdelen 22 voorzien op de rugdragers 19 van het onderstel 2 en zijn behuizingen met geveerde openingen 23 voorzien in de kuip 3 op overeenstemmende posities in de rugsteun 12 of verstevigingsbalk 9, grenzend aan de rugdragers 19. De haakdelen 22 kunnen in één stuk gevormd zijn met de rugdragers 19 bijvoorbeeld door plooien of kunnen op de rugdragers 19 bevestigd zijn door lijmen, lassen, schroeven of ander bekend bevestigingsmiddel.Preferably, the hook members 22 are provided on the back supports 19 of the base 2 and housings with sprung openings 23 are provided in the shell 3 at corresponding positions in the backrest 12 or stiffening beam 9, adjacent to the back supports 19. The hook members 22 may be formed in one piece with the back supports 19, for example by folding, or may be attached to the back supports 19 by gluing, welding, screwing or other known fastening means.

Grenzend aan het haakdeel 22 is de rugdrager 19 bij voorkeur voorzien van een opening zodat het ontkoppelelement 38 via de opening in de rugdrager 19 tot in de ontkoppelopening van de behuizing met geveerde opening 23 kan grijpen. De opening in de rugdrager 19 is bij voorkeur analoog gevormd aan de ontkoppelopening 31 om enkel een hiertoe gevormd ontkoppelelement 38 in de opening in de rugdrager 19 toe te laten. Op deze manier vormen de opening in de rugdrager 19 en de ontkoppelopening 31 een slot-achtig mechanisme waarin het inbrengen van hiertoe niet bestemde voorwerpen bemoeilijkt wordt. Alternatief is het haakdeel 22 gevormd aan een rand van de rugdrager 19 zodat het ontkoppelelement naast de rugdrager 19 tot in de ontkoppelopening 31 kan gebracht worden.Adjacent to the hook part 22, the back carrier 19 is preferably provided with an opening so that the release element 38 can engage via the opening in the back carrier 19 into the release opening of the housing with spring-loaded opening 23. The opening in the back carrier 19 is preferably shaped analogously to the release opening 31 so that only a release element 38 shaped for this purpose can enter the opening in the back carrier 19. In this way, the opening in the back carrier 19 and the release opening 31 form a lock-like mechanism in which the insertion of objects not intended for this purpose is made difficult. Alternatively, the hook part 22 is shaped on an edge of the back carrier 19 so that the release element can be brought into the release opening 31 next to the back carrier 19.

Figuur 6 toont een verbindingsmechanisme dat geschikt is om onderdelen van een onderstel met elkaar te verbinden. Het onderstel 2 is bij voorkeur gevormd door een buizenframe.Figure 6 shows a connecting mechanism suitable for connecting parts of a chassis. The chassis 2 is preferably formed by a tubular frame.

Verder bij voorkeur is het onderstel opgebouwd met een set rechte en/of gekromde buizen, bij voorkeur vervaardigd uit aluminium, die verbonden zijn met koppelstukken, bij voorkeur vervaardigd uit een harde kunststof. Om een buis met een koppelstuk te verbinden, wordt in beide een gat voorzien op posities zodanig dat de gaten zich axiaal uitstrekken wanneer de buis en het koppelstuk in een onderlinge positie staan om te verbinden. Dit is geïllustreerd in figuur 6 met onderdelen 32 en 33 die respectievelijk de buis en het koppelstuk aanduiden of omgekeerd. Daarbij illustreert onderdeel 34 een overstaand deel van de buis. In de gaten wordt een pen 35 gestoken. De pen 35 heeft aan een eerste emd een verdikte kop 36 en heeft aan een ander eind een veerelement 37. De afstand tussen het veerelement 37 en de verdikte kop 36 is zodanig gekozen dat het veerelement 37 open springt wanneer de pen volledig in, dit wil zeggen met de verdikte kop 36 nagenoeg tegen de buitenzijde van de buis, gedrukt is. Het veerelement 37 is bij voorkeur conisch of piramidisch gevormd met de punt richting het einde van de pen zodanig dat wanneer de pen in de gaten gedrukt wordt, het veerelement 37 samengedrukt wordt en zo door de gaten past. Met conisch of piramidisch wordt bedoeld een vorm waarbij vlakken zich onder een hoek uitstrekken en bij voorkeur symmetrisch gevormd zijn ten opzichte van een centrale as en/of een centraal vlak zodanig dat een punt of afgeknotte punt herkenbaar is.Furthermore, the chassis is preferably constructed with a set of straight and/or curved tubes, preferably made of aluminium, which are connected with coupling pieces, preferably made of a hard plastic. In order to connect a tube to a coupling piece, a hole is provided in both at positions such that the holes extend axially when the tube and the coupling piece are in a mutual position for connecting. This is illustrated in figure 6 with parts 32 and 33 which indicate the tube and the coupling piece respectively or vice versa. In addition, part 34 illustrates an opposite part of the tube. A pin 35 is inserted into the holes. The pin 35 has a thickened head 36 at a first end and has a spring element 37 at another end. The distance between the spring element 37 and the thickened head 36 is chosen such that the spring element 37 springs open when the pin is fully pressed in, i.e. with the thickened head 36 almost against the outside of the tube. The spring element 37 is preferably conical or pyramidal in shape with the point towards the end of the pin such that when the pin is pressed into the holes, the spring element 37 is compressed and thus fits through the holes. By conical or pyramidal is meant a shape in which surfaces extend at an angle and are preferably symmetrically shaped with respect to a central axis and/or a central plane such that a point or truncated point is recognizable.

Wanneer de pen zich doorheen de gaten uitstrekt, springt de veer 37 open om achter een binnenzijde van het koppelstuk te grijpen. Hierdoor worden koppelstuk en buis tegen elkaar gehouden doordat ze tussen de verdikte kop 37 en het veerelement 37 gevangen zitten. De pen die zich doorheen de opening uitstrekt verhindert dat buis en koppelstuk kunnen schuiven ten opzichte van elkaar.When the pin extends through the holes, the spring 37 springs open to catch behind an inside of the coupling. This holds the coupling and the tube together by trapping them between the thickened head 37 and the spring element 37. The pin extending through the opening prevents the tube and coupling from sliding relative to each other.

Om de pen uit de gaten te halen, wordt een verder gat axiaal voorzien in de overstaande wand van de buis, dit is aangeduid met element 34 in figuur 6a. Via dit verder gat kan een ontkoppelelement 38 ingebracht worden, welk ontkoppelelement 38 de veer 37 samendrukt zodanig dat de pen 35 met de veer 37 opnieuw doorheen de gaten past. Figuur 6b illustreert ditzelfde in doorsnede en toont hoe het ontkoppelelement 38 twee benen heeft die tegen overstaande vlakken van het veerelement 37 kan drukken om de veer samen te drukken. De vakman begrijpt dat deze pen-gat verbinding toegepast kan worden om ook wielen aan het onderstel te voorzien en om andere onderdelen en elementen met elkaar te verbinden.In order to remove the pin from the holes, a further hole is provided axially in the opposite wall of the tube, this is indicated by element 34 in figure 6a. Through this further hole a release element 38 can be inserted, which release element 38 compresses the spring 37 such that the pin 35 with the spring 37 fits through the holes again. Figure 6b illustrates the same in cross-section and shows how the release element 38 has two legs that can press against opposite surfaces of the spring element 37 in order to compress the spring. The skilled person understands that this pin-hole connection can also be used to provide wheels on the chassis and to connect other parts and elements to each other.

Hoewel de in de figuren getoonde uitvoeringsvorm van een buggy naast technische kenmerken ook herkenbare visuele aspecten heeft, zal de vakman op basis van de uitleg hierboven begrijpen dat ook andere vormen, die andere visuele indrukken wekken, volgens dezelfde technische prmcipes kunnen vervaardigd worden. De getoonde specifieke vormgeving is daarom niet technisch bepaald en verschillende varianten die een visueel andere indruk wekken kunnen gecreëerd worden met dezelfde technische principes die hierboven zijn beschreven.Although the embodiment of a buggy shown in the figures has recognizable visual aspects in addition to technical features, the skilled person will understand on the basis of the explanation above that other shapes, which create other visual impressions, can also be manufactured according to the same technical principles. The specific design shown is therefore not technically determined and different variants that create a visually different impression can be created with the same technical principles described above.

De hierboven beschreven uitvoermgsvoorbeelden dienen louter ter illustratie van de uitvinding, en zijn niet bedoeld als beperking van de beschermmgsomvang.The above-described exemplary embodiments are for illustrative purposes only and are not intended to limit the scope of the invention.

Claims

Conclusions

1. Buggy comprising a chassis and a seat, the seat being shaped as a seat for a child, characterised in that the chassis comprises a rigid frame and the seat is formed in one piece from an EPP material and is fixedly mounted to the chassis.

2. Buggy according to claim 1, wherein the tub has a reinforcement beam on either side that extends over the entire length of the tub.

3. Buggy according to claim 1 or 2, wherein the open side of the tub extends substantially in 1 plane.

4. Buggy according to any one of the preceding claims, wherein the tub has an upper section with a seat area and a lower section with a footrest.

5. Buggy according to claim 4, wherein the tub has an opening between the footrest and the seat.

6. A buggy according to any preceding claim, wherein the frame connects a set of wheels to a carrier for the tub, the frame further having a handle for handling the buggy.

7. A buggy according to claim 6, wherein the set of wheels are connected to a U-shaped or V-shaped frame member, a rear set of fixed wheels being connected to ends of the legs of the U-shaped or V-shaped frame member and a front set of castor wheels being further connected to the U-shaped or V-shaped frame member, the transverse distance between the front set of castor wheels being less than the transverse distance between the rear set of wheels such that the front set of castor wheels of a first buggy fits between a rear set of fixed wheels of a second buggy.

8. Buggy according to claim 7, wherein a luggage carrier is provided within the U-shaped or V-shaped frame, which luggage carrier is hingedly connected to the frame at the location of the front set of swivel wheels and which luggage carrier is loosely supported by the frame at the location of the rear set of fixed wheels.

9. Buggy according to claim 8, wherein the luggage carrier is shaped compatibly with a nose of the buggy such that when a first buggy is driven with its nose under the luggage carrier of a second buggy, the latter luggage carrier is hinged upwards by the nose of the first buggy.

10. Buggy according to claim 7 or 8, wherein the luggage carrier has a ride-on board that extends between the rear set of wheels and is provided to rest on either side of the legs of the U-shaped or V-shaped frame section.

11. Buggy according to any one of claims 8 to 10, wherein the rear wheels have a brake mechanism which mechanically contacts the luggage carrier when it is in its lower position to disengage the brake mechanism, the brake mechanism braking when the luggage carrier is pivoted upwards.

12. Buggy according to any of the preceding claims, wherein the frame is provided with a sun canopy that extends at least partially over the tub.

13. Buggy according to any one of the preceding claims, wherein the frame comprises an identification mechanism, position detection mechanism, a digital communication mechanism and an output mechanism selected from an auditory, visual and tactile mechanism such that use of the buggy by end users is digitally manageable by an owner.

14. Buggy according to any one of the preceding claims, wherein the tub and the chassis are connected via a click mechanism, which click mechanism has a hook part and a sprung opening, which sprung opening is provided to receive the hook part such that the sprung opening enlarges when the hook part is pushed into the sprung opening and such that the sprung opening catches the hook in the opening so that withdrawal of the hook part from the sprung opening is prevented.

15. Buggy according to claim 14, wherein the sprung opening is provided in a housing, which housing is connected to the EPP shell in such a way that the sprung opening forms part of the outer shell of the shell.

16. Buggy according to any of the preceding claims, wherein parts of the chassis are connected to each other by providing an opening in each part such that the two openings are co-axial, wherein a pin is inserted into the provided openings, which pin has a thickened head at a first end and a spring element at another end which, together with the thickened head, clamps the two parts.

17. Buggy according to claim 16, wherein a release element is provided to deform the spring element such that the spring element fits through the two openings.