donormoeder
Uiterlijk
- Geluid: donormoeder (hulp, bestand)
- do·nor·moe·der
- samenstelling van donor en moeder
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | donormoeder | donormoeders |
verkleinwoord | donormoedertje | donormoedertjes |
de donormoeder v
- een vrouw die voor anderen (de wensouders) (al dan niet tegen betaling) een kind draagt en baart, doorgaans een paar dat zelf geen kinderen kan krijgen
- Het woord donormoeder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.