Op 9 mei kon de grote parade op het Rode Plein in Moskou wegens corona niet doorgaan, maar deze week werd de 75ste viering van de overwinning op het nazisme ingehaald. Zonder publiek en met uitgedunde gastenlijst (presidenten Xi en Macron zegden af), maar de tv-beelden bereikten alle Russen. Dat telde. De dag erna begon in Rusland het uitgestelde, meerdaagse referendum over de nieuwe grondwet, waarmee Poetin zijn macht tot 2036 kan behouden.
Geen toeval, deze sequentie. We zien de dubbele herbevestiging van de Russische Staat: in de gedeelde herinnering en in de verplichtende grondwet, historisch en constitutioneel. In die volgorde.
Om deze onlosmakelijke band tussen verleden, heden en toekomst te onderstrepen publiceerde Poetin vorige week een lang essay over de Tweede Wereldoorlog in het Amerikaanse blad National Interest. Dik 9.000 woorden over motieven en oorzaken van episodes driekwart eeuw terug, in eigen stijl en deels dankzij zelf besteld archiefonderzoek. Bijzonder. Maar de Russische leider weet dat je als speler op het wereldtoneel nergens staat zonder verhaal over je herkomst en je verhouding tot de andere spelers. En wilde wat zaken rechtzetten.
Het steekt Poetin dat het Molotov-Ribbentroppact tussen nazi’s en Sovjets (augustus 1939) in het westerse geschiedbeeld als begin van de Tweede Wereldoorlog geldt. Dit maakt Hitler en Stalin gelijkelijk verantwoordelijk voor de rampen erna. Om het beeld te kantelen doet het stuk twee dingen. Ten eerste zet het de bijdrage van de Sovjet-bevolking aan de overwinning op de nazi’s nog eens flink in de verf. Die was inderdaad indrukwekkend en onloochenbaar; een op zeven Sovjetburgers kwam om. Ten tweede – daar begint de controverse – legt Poetin het oorlogsbegin naar voren, bij het ‘verraad van München’ (september 1938). Toen gaven Fransen en Britten in ruil voor vrede Hitler de vrije hand om Sudetenland in te lijven – en offerden zo in één moeite Tsjechoslowakije en Europese veiligheidsgaranties. Volgens Poetin beoogde Moskou met het non-agressiepact een jaar later enkel tijd te winnen tot de onvermijdelijke Duitse aanval.
Veel van deze duiding noopt tot weerlegging of debat; lees bijvoorbeeld de kritische analyse van oud-correspondent Laura Starink voor de site Raam op Rusland. Zo wijst weinig erop dat Stalin de gewonnen tijd benutte; zijn leger werd in juni 1941 volkomen door de nazi’s verrast.
Toch volstaat het niet de zaak af te doen als „Poetin herschrijft de geschiedenis” of ‘Kremlinpropaganda’ en het verder aan vakhistorici over te laten. Met zijn geschiedverhaal bedrijft de president hoge politiek. Sneer op sneer geeft hij aan Polen in 1938 en 1939, met het oog op Polen vandaag. Evenzo prijst hij het Jalta-akkoord tussen Stalin, Churchill en Roosevelt (1945) en de kort erna opgerichte VN-Veiligheidsraad met zijn vijf vaste leden: om die 75 jaar oude VN-orde te bekrachtigen voor de wereld vandaag, noodde hij Xi, Macron, Trump en Johnson al voor een top in Moskou of elders. „Weten jullie nog? We hebben toen samen gewonnen.”
In de kern roept Poetins betoog in herinnering dat staten, net als mensen, hun verleden meedragen: hun opoffering en verraad, hun beledigingen en hun vriendschap. Zegt het iets over ons dat we deze politieke dimensie van het verleden miskennen? Hoeveel van de Nederlandse Europarlementariërs die in 2019 instemden met een resolutie over het Molotov-Ribbentroppact vonden dit grappige symboolpolitiek en wilden enkel hun Poolse of Baltische collega’s plezieren? Hebben wij zo’n sterk geschiedbeeld, hebben Rutte, Macron of Johnson een verhaal om Poetin tegen te spreken?
Reageren
Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.