Dat en is ten anderen de eenigste wijze, zelfs de bijzonderste wijze van vermenigvuldiging niet van de levelingen. Zij wassen, zoo wij 't vroeger halvelinge zeiden en zoo 't hun name uitgeeft, de eene door het spouten of spletten van hun lijf in de langde of in de breede; de andere vermenigen en wassen door versprietelinge, vertakkelinge, enz.
De levelingen bestaan daaromtrent overal. In alle bewoonde streken vindt men allerhande levelingen in de lucht zweven; zoo wel levelingen die onschadelijk zijn of schijnen, als levelingen die de ergste besmettelijke ziekten veroorzaken.
De levelingen zitten ook in den eerdbodem, bijzonderlijk in de bovenste lagen ervan, waar er veite en voedstoffe ligt en waar de lucht aan kan. Van daar komen zij boven, met de planten, met het drinkwater, met de opgaande lucht, en alzoo worden zij schadelijk en verderfelijk, ofschoon zij van te voren niets en verrichtten.
Men vindt ze tot in het verstold en gevrozen water, in het ijs.
Boven de hoogste bergen, daar waar de lucht geheel en gansch zuiver is en waar geen menschen en komen, daar en vindt men geene levelingen.
Het en is niet moeielijk om verstaan, ingezien die levelingen overal te vinden zijn, dat er, allenthenen en altijd voort, van hunnentwege gistinge en werkinge bestaat.
Is er ievers entwat dat kan verrotten zoo is de leveling der verrotting daar seffens bij, om zijn werk te verrichten; en heeft hij warmte genoeg om te leven of om zijne levenskrachten te uiten, hij zal verrottinge te wege brengen.
Zet melk in eene verwarmde kamer, en aanstonds zullen de levelingen erin vallen en hun werk beginnen, de melk doen zuren, doen gisten, enz.
Met wijn, bier, suiker, zeem, vaart gij van 's gelijken.
Willen wij nu spreken van de ziekmakende levelingen, zoo moeten wij getuigen dat zij niet altijd en overal en bestaan. Verscheidene omstandigheden maken dat men ze in sommige plaatsen vindt, in andere niet; de leveling van den cholera, van de melaatschheid en is gewoonlijk maar in sommige landen te vinden; van eenen anderen